Positieve financiële marge ziekenhuizen brokkelt verder af

Met 40,7% van de totale omzet vormen de honoraria ook in 2010 nog steeds de belangrijkste inkomstenbron van de ziekenhuizen. Besparingen, vooral in de klinische biologie en medische beeldvorming, zorgen echter voor een veeleer matige omzetgroei (3,2%). Meteen brokkelt bij vele ziekenhuizen de positieve financiële marge verder af.
Naar goede jaarlijkse gewoonte, en dit al voor de 18de keer, presenteerde Dexia gisteren zijn sectoranalyse van de algemene ziekenhuizen.

Vergeleken met de periode 2008-2009 halveerde de globale omzetstijging tussen 2009 en 2010. De terugloop van 6,4 naar 3,2% is vooral toe te schrijven aan de evolutie van de honoraria. Al sinds 2003 vormt de ereloonmassa, momenteel 40,7% van de omzet, een belangrijkere component dan het budget Financiële Middelen (BFM) -de overheidssubsidies voor personeelskosten.

De erelonen van de artsen waren in 2010 goed voor 4,826 miljard euro. De aangroei van 1,6% tegenover 2009 is echter veel lager dan de 9% waaraan men de voorbije jaren gewend was geraakt. Die terugval komt vooral op het conto van de medische beeldvorming en de klinische biologie. De biologie moest 100 miljoen besparen -wat ook in 2011 en de volgende jaren nog zijn weerslag zal hebben. Bovendien werden in 2010 correcties op budgetoverschrijdingen uit het verleden doorgevoerd. Dit ent zich op een algemene, afgeslankte indexering van de erelonen -0,93% in 2010 tegenover 4,9% voordien.

Bovendien stortten de ziekenhuizen meer honoraria door naar hun artsen. Met als gevolg dat ze netto tien miljoen minder overhielden aan de artsenhonoraria dan in 2009.

Het valt op hoe groot de impact van de artsen en hun honoraria is op de financiële ziekenhuisstromen. Lagere ereloonontvangsten zorgen onmiddellijk voor slechtere cijfers. In 2007 zaten er slechts 9 ziekenhuizen in het rood, dit jaar liefst 17. De bedrijfsresultaten liepen fors terug, noteert Dexia en de problemen situeren zich vooral bij de openbare ziekenhuizen.

Andere symptomen van deze negatieve evolutie zijn een afnemende cashflow, meer bancaire schulden en minder auto-financiering van investeringen. Die krimp beïnvloedt vooral de modernisering van de infrastructuur op een negatieve manier.
07 okt 2011 09u45