St. Antonius Ziekenhuis introduceert nieuwe behandeltechniek voor hartritmestoornis

Nieuwegen (NL) - Boezemfibrilleren is een veelvoorkomende hartaandoening die zich kenmerkt door o.a. hartkloppingen, duizeligheid, kortademigheid, vermoeidheid en pijn op de borst. Wereldwijd hebben zo’n 10 miljoen mensen er last van. De aandoening kan lijden tot hartfalen of een beroerte. Wanneer deze aandoening niet afdoende reageert op medicatie komt de patiënt in aanmerking voor een alternatieve behandeling in één van de speciaal hiervoor uitgeruste centra in Nederland. De meestvoorkomende alternatieve behandeling is de zogenaamde ablatie.
De meestvoorkomende alternatieve behandeling is de zogenaamde ablatie. Hierbij brengt de hartspecialist via de lies een katheter in bij de patiënt en voert deze op naar het hart. Hier brandt hij vervolgens het hartspierweefsel weg dat de ritmestoornis veroorzaakt. Helaas neemt deze ingreep al gauw zo’n drie tot vier uur in beslag. Bij het St. Antonius ziekenhuis echter niet meer. Hier duurt de ablatie-behandeling gemiddeld nog maar 90 minuten dankzij een nieuwe behandeltechniek.

“Door gebruik te maken van nieuwe geavanceerde katheters die we samen met de industrie getest hebben, zijn we in dit ziekenhuis met een ablatie-behandeling gemiddeld minder dan 90 minuten bezig”, zegt dr. L.V.A. Boersma, cardioloog. “In de regel bevindt het hartspierweefsel dat de hartritmestoornis veroorzaakt zich bij de meeste patiënten rondom de vier longaders. Door dit weefsel weg te branden, hef je de hartritmestoornis op. Tot voor kort gebeurde dit met behulp van een katheter waarop zich één elektrodepunt bevond. Hiermee moest punt voor punt het hartspierweefsel rond de longaders worden weggebrand. Om de katheter te kunnen sturen, was veel röntgendoorlichting nodig en een complex driedimensionaal navigatiesysteem dat bijhield waar de katheter al geweest was.”

De nieuw ontwikkelde katheters stellen de hartspecialist in staat de ablatie-behandeling veel sneller uit te voeren. Boersma: “We hebben drie verschillende katheters getest. De katheter die we het meest gebruiken (PVAC) heeft tien elektrodes die in een cirkelvorm rondom de longader worden geplaatst. Daarmee kan in één keer een cirkel van hartspierweefsel rondom de longaders worden weggebrand. Je zet als het ware een stempel rondom de longader. De katheterpositie blijft stabiel en er is minder röntgenstraling (gemiddeld 20 minuten) nodig om de katheter te sturen. Met deze methode is driedimensionale navigatie niet langer noodzakelijk.”

Er zijn nog twee andere katheters ontwikkeld met twaalf (MASC) en acht elektrodes (MAAC), respectievelijk voor het wegbranden van weefsel bij het tussenschot tussen rechter- en linkerboezem en voor het wegbranden van hartspierweefsel op andere delen van de boezem. Boersma: “Afhankelijk van de vorm van boezemfibrilleren, kies je voor het gebruik van een of meerdere katheters tegelijk.”

Voorlopig is het St. Antonius Ziekenhuis het enige centrum in Nederlands waar de nieuwe behandeltechniek gebruikt wordt. Boersma: “Dankzij de nieuwe techniek, zijn we in staat veel sneller te werken en kunnen daardoor dus meer patiënten met hartritmestoornissen op jaarbasis behandelen. Gezien de enorme wachtlijst is dat voor de patiënt een geweldig voordeel.”

Nieuwe techniek onlangs voor het eerst gepresenteerd
Op 30 oktober jongstleden presenteerde Boersma de eerste resultaten van deze nieuwe techniek tijdens het Heart Rhythm UK symposium in Birmingham. Daarnaast demonstreerde hij de techniek op 31 oktober voor het eerst live aan collega-hartspecialisten van over heel de wereld. Plaats van handeling was het hartkatheterisatielaboratorium in het ziekenhuis van Southhampton, Engeland. Boersma voerde de ingreep uit bij een 61-jarige man die leed aan een hardnekkige vorm van boezemfibrilleren. De operatie werd live gevolgd door hartspecialisten aanwezig op het internationale hartritmecongres in Birmingham. De ablatie-procedure duurde 90 minuten en verliep voorspoedig zonder complicaties.
11 dec 2007 09u26
zie ook rubriek