Remgeld op thuiszorg heeft geen zin

Vanaf volgende maand moet er verplicht remgeld worden betaald op thuisverzorging, en terzelfder tijd beknibbelt minister Rudy Demotte (PS) lineair op de honoraria van de thuisverzorgers. Demotte nam zijn besparingsmaatregelen tegen het uitdrukkelijke advies in van zijn eigen experts en van het Riziv. Cijfers tonen aan dat hij méér kan besparen door iets meer controle uit te oefenen op sommige misbruiken in de thuisverpleging.
Gratis thuisverpleging kent succes. In tien jaar tijd verdubbelden de uitgaven, tot bijna 700 miljoen euro per jaar. Geen erg, want thuiszorg blijft veel goedkoper dan verzorging in een ziekenhuis of instelling. Thuiszorg is vooral een Vlaams verhaal. Per inwoner geeft de ziekteverzekering in Wallonië amper driekwart uit aan thuiszorg in vergelijking met Vlaanderen, in Brussel is dat slechts iets meer dan een derde.

De sector blijft snel groeien, mede door de vergrijzing van de bevolking. Demotte wil die groei afremmen. Hij verlaagt het honorarium voor toiletten en enkele andere forfaits waaronder de palliatieve zorgen met 1,4 procent. Hij laat de patiënten vanaf 1 augustus een remgeld betalen van 0,45 tot 2 euro voor toiletten, wondzorg, het aanbrengen van zalf, steunverbanden, enzovoort. Hij wil daarmee voor 3,3 miljoen euro per jaar besparen.

De thuisverzorgers melden dat zij niet op termijn van twee, drie weken kunnen omschakelen naar lagere honoraria en het innen van remgeld. Bovendien worden zij overspoeld door angstige telefoontjes van bejaarde en verwarde patiënten die zich afvragen hoeveel remgeld hun thuisverzorging uiteindelijk gaat kosten.

Niet opportuun

De sterkste argumenten tegen de maatregelen van Demotte liggen vervat in een vertrouwelijk rapport van vorige maand van het riziv, het rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. Dit zogenaamde rapport-Verhaevert werd door Demotte zelf besteld, in de hoop er argumenten voor zijn nieuwe remgeld in te vinden. Maar het rapport noemt remgeld ,,niet opportuun'' precies omdat deze goedkopere vorm van zorg systematisch moet worden aangemoedigd.

Er bestaan harde vermoedens van ondergeschikte misbruiken in de thuiszorg. Dat geeft het rapport toe. Door die hard aan te pakken, suggereert het riziv, kan Demotte méér uitsparen dan door het opleggen van remgeld die àlle patiënten treft. Een analyse van de cijfers versterkt die vermoedens.

Het zogenaamde 'forfait A' dekt de minst hulpbehoevende patiënten met een vaste vergoeding voor de zorgverstrekker per prestatie. Vorig jaar steeg het aantal van deze forfaits met bijna 10 procent - méér dan kan worden verklaard door de vergrijzing. De georganiseerde thuisverpleging - Wit-Gele Kruis, Bond Moyson en andere dienstenverleners - namen hiervan een groei van minder dan vijf procent voor hun rekening - de zelfstandige thuisverplegers 13,55 procent.

De 'toiletten' kennen een nog sterkere groei: gemiddeld 11,23 procent verdeeld over 4 versus 13 procent voor georganiseerde versus zelfstandige thuisverplegers. Daarbij moet rekening worden gehouden met het marktaandeel van zowat 60 procent van de zelfstandige thuisverplegers. De georganiseerden verdenken vooral de zelfstandigen van misbruiken.

De zorgen voor zwaar afhankelijke patiënten met inbegrip van de palliatieve - hun verzorgers worden vergoed met een all-in forfait voor alle prestaties - stijgen veel sterker: gemiddeld met 30,46 procent, verdeeld over 16,11 pct (georganiseerd) en 44,74 pct voor de zelfstandigen.

'Valse' toiletten

Het riziv-rapport stelt dat er meer dan waarschijnlijk wordt gesjoemeld met deze forfaits: er worden 'valse' toiletten aangerekend omdat daarop geen of minder controle bestaat dan op prestaties die worden voorgeschreven door de behandelende geneesheer. De fenomenale groei van de palliatieve forfaits wordt volgens het riziv ,,in belangrijke mate verklaard door de al te vlotte toekenning van het palliatief statuut door de behandelende arts zonder duidelijkheid over de verwachte levensduur van de patiënt.''

Palliatieve zorgen zijn in theorie bedoeld voor de laatste drie levensmaanden. In de praktijk worden ze soms jarenlang verstrekt. Er is eigenlijk geen controle, leert het rapport. ,,We moeten info verzamelen over de patiënten die vandaag toiletten (buiten forfaits) genieten.'' Evengoed ten gronde: de vergrijzing dwingt tot meer aandacht voor thuiszorg. ,,De overheid moet blijven werken aan de herwaardering van het verplegende en verzorgende beroep. De sector verdient een positievere benadering.''

Als de Franstalige Demotte met zijn besparingsmaatregelen in de thuiszorg kwaadaardige communautaire bedoelingen zou hebben, leest het riziv hem bij voorbaat de les: ,,Het tekort aan aanbod in Wallonië en vooral in Brussel verdient grote aandacht.'' Want het is dat tekort aan aanbod - en niet een tekort aan vraag - dat verklaart dat Franstalig België minder beroep doet op thuiszorg. De rapporteur, van SP.A-strekking, voegt daar fijntjes aan toe: ,,Dit tekort aan aanbod betekent een enorme opportuniteit tot veel bijkomende tewerkstelling.''
20 jul 2005
meer over
zie ook rubriek