Dienst gehandicapten moet nog sneller

VLD, PS en CD&V vinden acht wettelijke maanden voor de erkenning van gehandicapten nog te lang. De Dienst voor Personen met een Handicap heeft wel de achterstand weggewerkt (DS 20 december), en kan momenteel uitpakken met een behandelingstermijn van iets meer dan zeven maanden, maar de politieke wereld wil nog sneller gaan.
Senator Stéphanie Anseeuw (VLD) heeft daarom in de Senaat een wetsvoorstel ingediend om de wettelijke termijn in te korten tot vijf maanden in 2008. Het voorstel werd mee ondertekend door haar partijgenote Annemie Van de Casteele en Olga Zrihren, namens de PS. Het is volgens Anseeuw belangrijk dat de burger die met een handicap wordt geconfronteerd, weet dat de overheid snel duidelijkheid brengt omtrent het financiële plaatje. CD&V-volksvertegenwoordiger Luc Goutry stelt dat de termijn van acht maanden het gevolg is van zijn allereerste wetsvoorstel dat in '94 werd goedgekeurd. ,,Daar stond in dat als de dienst er niet in slaagde het dossier binnen de acht maanden af te ronden, hij een verwijlintrest moest betalen.''

Aanvankelijk liep dat volgens Goutry goed, maar na een tijd waren er weer vertragingen, onder meer omdat er te weinig personeel was en omdat men niet genoeg informatiseerde. In 2003 werden 2 miljoen euro verwijlintresten betaald. ,,Het toont het absurde van de toestand aan: voor die 2 miljoen had men 30 tot 40 mensen kunnen aanwerven om de achterstand weg te werken, maar dat gebeurde niet omdat die kosten op een ander budget stonden.''

Ook voor Goutry moet het nog sneller. Hij dient een wetsvoorstel in om de termijn nog in te korten.
21 dec 2005
meer over
zie ook rubriek