Een vermoeide dokter schaadt de gezondheid

Dokters en slaap gaan niet echt samen. Artsen lijken getraind om niet te hoeven slapen. Een ongeval, een dolgedraaide patiënt, een hartaanval, een bevalling: daar komt de dokter, hij heeft geen sluitingstijd. De heroïek is nooit ver weg, maar ook artsen hebben geen extra batterijen en hebben evenveel nood aan slaap als hun patiënten. Stilaan groeit het besef dat vermoeide dokters een gevaar zijn voor de patiënt en voor zichzelf.
De medische wereld schrok zich begin 2000 een hoedje toen het Amerikaanse 'Institute of Medicine (IoM)' in zijn rapport 'Missen is Menselijk' bekendmaakte dat in de VS jaarlijks 44.000 tot 98.000 doden vallen door medische fouten of vergissingen. De sterfte door medische blunders is daarmee de op zeven na grootste doodsoorzaak en het aantal slachtoffers ligt hoger dan bij borstkanker, aids, verkeersongevallen en ongevallen op het werk. De universiteit van Tilburg kwam voor Nederland uit op 3.000 doden per jaar door een medische fout. In België zouden er jaarlijks 2.000 doden vallen, maar volgens zowat alle experts zijn de aantallen waarschijnlijk onderschat.

Onveilige gezondheidsstructuren en te weinig veiligheidsbesef bij de artsen' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>artsen leiden tot medische fouten. De twee zijn niet zelden een gevolg van elkaar. Heel wat medische fouten zitten klaar om te gebeuren, door een ondoordachte structuur zoals een medicatiekoffer met verwarrend en onlogisch geschikte medicijnen, of een vermist patiëntendossier waarvan geen geïnformatiseerde versie bestaat. 'artsen', zegt de psycholoog James Reason in het British Medical Journal, 'vragen zich veel te weinig af of hun dagelijkse medische handelingen niet veiliger kunnen.' Reason maakt hen geen verwijt: 'Veiligheid maakt geen deel uit van de medische leerstof en is zelden of nooit een gespreksonderwerp op medische congressen.' Artsen onder elkaar omschrijven fouten vaak als gewoon pech, of de leercurve, of 'ach, het maakt deel uit van het beroep'. Ze gaan ervan uit dat een zekere hoeveelheid vergis- singen gewoon onvermijdelijk zijn.

Artsen zijn meestal harde werkers. Een recente enquête die ook in het septembernummer van het tijdschrift EOS verschijnt leert dat de helft van de Vlaamse gynaecologen en 80 procent van de gynaecoloog-assistenten meer dan 60 uur per week werkt. Vele uren in de weer zijn geniet nog steeds hoog aanzien. Wie veel werkt en amper slaapt krijgt van collega's en patiënten vaak een medaille opgestoken. Niet iedereen is daar gelukkig mee. In dezelfde enquête getuigt een 38-jarige gynaecologe: 'Er staat een taboe op vermoeidheid, alsof je dan minder geschikt bent voor de job.'

Dokter Mary Harris, hoofdredactrice van een Amerikaans medisch blad, beaamt: 'We moesten de meest onmenselijke werkschema's accepteren. Tegenstribbelen of het wat kalmer aan willen doen was een bewijs dat we het niet aankonden. Een beroerte, een infarct, een bevalling of een ongeluk houden zich niet aan een 'nine-to-five'-ritme, maar na een drukke nacht moet je rusten en niet de held uithangen.' Volgens het 'Institute of Medicine' gebeuren sommige fouten 'omdat artsen moe en vaak te druk bezig zijn. Ook daar moet de mentaliteit wijzigen'.

Slaaptekort

Tegen jonge artsen in opleiding wordt soms gezegd dat ze moeten leren minder te slapen. Maar dat slapen niet essentieel zou zijn, is volgens slaaponderzoekers baarlijke nonsens. 'Veel artsen geloven dat dag en nacht werken, vooral tijdens de opleiding tot specialist, positief bijdraagt tot de medische opleiding en de patiëntenzorg. Het omgekeerde is waar', waarschuwde de Amerikaanse Academie voor Slaapresearch twee jaar geleden al. 'Opleidingscentra moeten zorgen dat jonge artsen voldoende ingelicht zijn over vermoeidheid en het belang van voldoende slaap; opleiders moeten de assistenten op de risico's en de gevaren van slaaptekort wijzen en er rekening mee houden bij de organisatie van het werk.'

Geestelijke en lichamelijke prestaties zijn onderhevig aan het slaapwaakritme. Onze biologische klok promoot alertheid overdag en slaap 's nachts. Een acuut of chronisch slaapgebrek beïnvloedt iedereen, en dat mensen verschillend reageren wil niet zeggen dat je kan 'trainen' om minder slaap nodig te hebben. Slaapspecialisten zeggen dat dat niet kan: het slaaptekort zal zich hoe dan ook opstapelen en leiden tot eerst subtiele en later duidelijke prestatievermindering. Dat heel wat mensen ervaren door oefening minder slaap nodig te hebben is een foute perceptie. Je hebt de indruk dat je het slaaptekort minder aan den lijve voelt maar alertheidstests in het lab spreken dat tegen. Creatief denken, verbaal uit de voeten kunnen en complexe problemen oplossen gaat moeilijker.

Slaaptekort is uitvoerig bestudeerd bij vrachtwagenchauffeurs, luchtvaartpiloten en ploegarbeiders met nachtdienst, maar niet bij artsen. De meeste studies slaan op artsassistenten in opleiding omdat het een relatief homogene groep is. Ze tonen aan dat alles trager gaat bij een vermoeide arts: zijn reactietijd neemt af en zijn geheugen wil niet meer mee.

'Er is grote eensgezindheid dat slaaptekort het humeur van de arts aantast', zegt de Britse onderzoekster Jenny Firth'Cozens in het blad 'Social Science Medicine': 'Hij is niet tevreden over zijn niveau van werken, vindt zichzelf tam, is nog weinig bereid diepgaand met de patiënt bezig te zijn en heeft geen zin in initiatieven nemen. Dat besef maakt zijn humeur nog slechter.' Uit een Harvard-studie uit 2005 in het New England Journal of Medicine bleek dat artsassistenten na shifts van meer dan 24 uur hun motivatie verloren, minder interesse hadden om medische technieken aan te leren en om de haverklap in slaap vielen tijdens seminaries. Niet zelden zaten ze te knikkebollen tijdens hun nachtwerk.

Het niet geheel onverwachte besluit was dat de waakzaamheid van de artsassistent na een verlengde shift duidelijk was verminderd, en dat joeg het aantal medische vergissingen met 40 procent de hoogte in.

Medische fouten

De impact van de vermoeide arts op de gezondheid van de patiënt is nog maar sporadisch bestudeerd. In 2003 verschenen de ophefmakende resultaten van een onderzoek bij 3.500 jonge Amerikaanse artsen die gemiddeld 80 uur per week werkten en 5,5 uur sliepen per nacht. Tweederde zei door de permanente vermoeidheid hun patiënten niet optimaal te verzorgen en een kwart was ervan overtuigd dat ze door slaaptekort al medische fouten hadden gemaakt. Verder gaf vermoeidheid aanleiding tot conflicten met collega's. In het algemeen ervoeren de jonge hardwerkende artsen dat de moeheid hun levenskwaliteit aantastte, hun veel stress bezorgde en in een niet onaardig aantal gevallen tot overmatig alcoholverbruik leidde. Ten slotte vonden de onderzoekers ook een verband met werkverzuim.

Vechten tegen de slaap is vooral lastig bij vervelende en monotone taken zoals dossiers invullen, brieven dicteren of spreekuur houden. Geconcentreerd blijven is dan een ware marteling. Bij technisch veeleisende taken kan de arts het verlies aan concentratie door slaapgebrek wel tijdelijk compenseren. Chirurgen kennen heus wel ingebouwde veiligheidsmechanismen. Bij een echt acuut probleem zijn ze ondanks de vermoeidheid nog voldoende alert om het maken van medische fouten grotendeels te bufferen. Daarbij komt dat een medische vergissing veel vaker niet dan wel schade toebrengt aan de patiënt. Niet zozeer de fout wordt de dokter aangewreven, wel de schadelijke gevolgen.

Na een nachtje werk wordt de vermoeide arts een gevaar voor zichzelf op de openbare weg. Het hoger vermelde Harvard-team toonde dit jaar aan dat jonge artsen na een wachtdienst van meer dan 24 uur twee keer zoveel kans liepen op een auto-ongeluk en zes keer zoveel op een bijna-ongeluk. Twee jaar eerder had een studie bij kinderartsen in opleiding gelijkaardige resultaten opgeleverd: komende uit nachtdienst was een kwart ooit achter het stuur in slaap gevallen en een kwart had door slaaptekort al een ongeval gehad.

Slapen is veruit de belangrijkste maatregel tegen slaaptekort. Een dutje doet deugd en verhoogt de alertheid. Volgens slaaponderzoekers slaapt wie van plan is 48 uur aan een stuk bezig te zijn best om de drie uur een kwartier. Ook blootstelling aan fel licht in de vroege morgen helpt, als de waakzaamheid op een dieptepunt staat.

Wetgever

Een echte oplossing vergt echter een aanpassing van de gezondheidszorgstructuren, en iedereen moet meewillen: de arts of de opleider moet door hebben dat slaaptekort een gezondheidsprobleem is voor de patiënt en voor hemzelf, het ziekenhuisbestuur moet hem voldoende rust gunnen, de wetgever moet het maximale aantal werkuren regelen en de wetenschapper moet het onderzoek naar het effect van slaap verder verfijnen. Ook de patiënt moet weten wat hij wil. Alleen een arts die voldoende rust, kan op de hoogte blijven van de wetenschappelijke kennis, verleent goede zorgen en gaat niet gebukt onder vermoeidheid of afwezigheid. Want stel het je even voor: je boekt een pleziervlucht met een tweedekker en voor het vertrek vertelt de piloot je doodleuk dat hij er al 24 uur heeft opzitten maar dat deze korte trip er nog wel bijkan...
25 aug 2005
Bron: De Tijd
meer over
zie ook rubriek