Leuvense specialisten willen een meer verantwoord gebruik van psychofarmaca

Een interdisciplinaire werkgroep van de K.U.Leuven heeft het toenemend gebruik van psychofarmaca onderzocht; dat zijn geneesmiddelen voor de behandeling van psychiatrische problemen. De Leuvense specialisten formuleren een aantal voorstellen om het ondoelmatig gebruik van deze middelen aan te pakken. Hun conclusies worden vandaag uitgebreid besproken op het eerste symposium van Metaforum Leuven.
Het gebruik van psychofarmaca is de laatste tien jaar sterk toegenomen. Waarom dit zo is, is niet helemaal duidelijk. Er zijn weinig aanwijzingen dat het aantal medisch-psychiatrische aandoeningen effectief toeneemt. Sommige onderzoeken suggereren dat mensen vandaag meer hulp zoeken bij psychisch lijden, wat op zich positief is. Specialisten gaan er ook van uit dat de huidige maatschappelijke context, met grotere onzekerheid en sociale isolatie, tot meer emotionele ontwrichting leidt.

Worden er vandaag teveel psychofarmaca voorgeschreven? Werken deze middelen wel echt, en is psychotherapie vaak geen beter alternatief? Enerzijds is het juist dat er in België te weinig zorgvoorzieningen zijn voor personen met een mentale stoornis, en dat een aantal hulpzoekenden geen doeltreffende behandeling vindt. Bovendien bieden psychofarmaca bij welbepaalde psychiatrische aandoeningen een reële oplossing. Zo zijn antidepressiva efficiënt bij de behandeling van ernstige vormen van depressie.

Maar het is ook duidelijk dat psychofarmaca ook worden voorgeschreven aan grote groepen van mensen die niet lijden aan ‘ziektebeelden’ in de enge zin van het woord. Het gaat dan bijvoorbeeld om personen met problemen van angst, stress, slapeloosheid, opgejaagdheid of depressiviteit ten gevolge van moeilijke levenservaringen (‘aanpassingsstoornissen’). Het nut van psychofarmaca bij deze brede groep is vaak niet duidelijk, zeker in verhouding tot andere benaderingen zoals psychologische hulpverlening (‘counseling’) en psychotherapie.

De Leuvense werkgroep wil het ondoelmatig gebruik van psychofarmaca aanpakken, en formuleert zes aanbevelingen.
- Het voorschrijven van psychofarmaca moet oordeelkundiger gebeuren. artsen die herhaaldelijk en frappant afwijkend voorschrijfgedrag vertonen, moeten dit verantwoorden.
- Voor het toedienen van psychofarmaca aan kinderen en jongeren gelden er complexe diagnostische en ethische overwegingen. Het voorschrijven van psychofarmaca aan deze groep moet het exclusieve domein zijn van de kinder- en jeugdpsychiater. als de huisarts oordeelt dat een kind een dergelijk middel dringend nodig heeft, moet hij hierover snel kunnen overleggen met een specialist.
- Het aantal ouderen – 75-plussers - dat psychofarmaca toegediend krijgt, ligt buitengewoon hoog, zeker in rust- en verzorgingstehuizen. De werkgroep is het erover eens dat er in deze groep duidelijk sprake is van een overmatig gebruik. Concrete stappen zijn nodig en zeker ook realiseerbaar. Er kunnen gerichte preventieve acties worden opgezet en het verzorgend personeel in de tehuizen moet een betere omkadering en opleiding krijgen voor deze problematiek.
- Psychotherapie is in veel gevallen even efficiënt als een behandeling met psychofarmaca. De drempel naar psychotherapie blijft echter erg hoog, zeker door de financiële aspecten, en de verwachtingen van de patiënt zijn vaak te hoog. Een groot probleem is het ontbreken van erkenningscriteria voor de beroepstitel van ‘psychotherapeut’. De werkgroep vindt deze criteria een absolute prioriteit.- Mensen met emotionele problemen of met milde vormen van depressie of dwangneurose zoeken meestal eerst hulp bij de huisarts. De huisarts is als eerstelijnshulpverlener verantwoordelijk voor de verdere begeleiding en behandeling van deze patiënten. Indien men overmatig gebruik van psychofarmaca wil tegengaan, is ‘watchful waiting’ (nauwlettend afwachten), gekoppeld aan ‘counseling’, een belangrijke optie. Huisartsen moeten hiervoor zo goed mogelijk opgeleid en ondersteund worden.
- Eerstelijnsartsen missen op dit moment de mogelijkheid om patiënten op korte termijn eenmalig in contact te brengen met een psychiater, of om voor patiënten met emotionele moeilijkheden dringend psychiatrisch advies te krijgen. Psychiaters, psychiatrische ziekenhuizen en Centra voor geestelijke gezondheidszorg richten zich in de eerste plaats op langetermijnbehandelingen maar moeten aan huisartsen ook de mogelijkheid bieden om op korte termijn een eenmalig consult of dringend advies te vragen.

Werkgroep. De werkgroep stelt haar conclusies over het gebruik van psychofarmaca vandaag voor op het eerste Metaforum-symposium. Meer informatie over deze werkgroep en hun uitgebreide visietekst vindt u op de website: www.kuleuven.be/metaforum.
05 mrt 2010 10u18
Bron: KU Leuven
meer over
zie ook rubriek