Een bypassoperatie zonder hartlongmachine geeft bij hoogrisicopatiënten een betere uitkomst. Bij oudere patiënten is het resultaat van een operatie met of zonder kunstmatige circulatie gelijk. Dat blijkt uit Tsjechisch en Duits onderzoek dat is gepresenteerd op het congres van de American College of Cardiology.
Aan de Tsjechische Prague-6-studie van Jan Hvalvicka, cardiochirurg aan de Praagse Karelsuniversiteit, deden 206 hoogrisicopatiënten mee die vaker ouder waren en veel comorbiditeit hadden (EuroSCORE 6 of hoger). Ze werden deels met of zonder hartlongmachine geopereerd. Na de operatie is als studie-eindpunt de sterfte, het aantal myocardinfarcten en nierfalen binnen 30 dagen bijgehouden. Zonder hartlongmachine traden deze uitkomsten bij 9,2 procent van de patiënten op, met pomp bij 20,6 procent. Bij de hartlongmachineondersteunde operaties was bij 80,2 procent een postoperatieve bloedtransfusie noodzakelijk, zonder machine bij 64,9.
ouderen
Het Duitse onderzoek onder leiding van Anno Diegeler, hoofd cardiovasculaire chirurgie in de Klinik für Herzchirurgie Bad Neustadt, bekeek beide manieren van hartchirugie bij een groep van ruim 2500 patiënten van 75 jaar of ouder. Daar was de uitkomst met en zonder pomp vergelijkbaar gezien het vergelijkbare percentage sterfgevallen, strokes, myocardinfarcten, herhaalde revascularisaties en nierfalen van in totaal rond 8 procent.
ouderen
Het Duitse onderzoek onder leiding van Anno Diegeler, hoofd cardiovasculaire chirurgie in de Klinik für Herzchirurgie Bad Neustadt, bekeek beide manieren van hartchirugie bij een groep van ruim 2500 patiënten van 75 jaar of ouder. Daar was de uitkomst met en zonder pomp vergelijkbaar gezien het vergelijkbare percentage sterfgevallen, strokes, myocardinfarcten, herhaalde revascularisaties en nierfalen van in totaal rond 8 procent.
