In maart dit jaar brak onder de studenten in Gent een bofepidemie uit. Ook in andere provincies werden gevallen van bof gemeld. Om de uitbraak te kunnen opvolgen, maakte Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin op 16 juni 2012 bof meldingsplichtig in Vlaanderen. Sinds de invoer van de meldingsplicht, kreeg het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid 427 meldingen van bof. Samen met de spontane meldingen in de weken en maanden daarvoor, brengt dat het totale aantal meldingen de voorbije 6 maanden op 937. Het agentschap verwacht dat de uitbraak zich zal stabiliseren tijdens de zomermaanden.
De meldingsplicht is er nog maar een kleine maand, dus het is nog vroeg om al conclusies te kunnen trekken. Toch is het al duidelijk dat na een piek vlak voor en na het invoeren van de meldingsplicht, het aantal meldingen de laatste 2 weken is teruggevallen. Het agentschap vermoedt dat de start van de zomervakantie daar voor iets tussen zit. Verwacht wordt dat de bofuitbraak zich zal stabiliseren tijdens de zomermaanden, met wekelijks meldingen maar geen nieuwe pieken. Het is dan afwachten of er zich tijdens het nieuwe school- en academiejaar in september-oktober een nieuwe piek zal voordoen.
Meeste meldingen in Oost-Vlaanderen
De meeste meldingen van bof kwamen uit Oost-Vlaanderen. Dat is niet verrassend aangezien de bofuitbraak gestart is in de faculteit geneeskunde van de Universiteit Gent. Ook na de invoer van de meldingsplicht blijven voorlopig de meeste meldingen (144 van de 427) uit Oost-Vlaanderen komen.
In de andere provincies is het aantal meldingen sterk gestegen sinds de invoer van de meldingsplicht. Ook dat is niet verrassend: in de andere provincies was er nog niet opgeroepen tot het melden van bof. De stijgende aantallen wijzen dus niet zozeer op een toename van het aantal bofgevallen, meer eerder op een betere registratie. Ze tonen wel aan dat de bofuitbraak niet beperkt is tot Oost-Vlaanderen, maar in heel Vlaanderen opduikt.
Vooral bij 20-24 jarigen
Net als voor de meldingsplicht komen de meeste gemelde gevallen van bof voor bij jongeren tussen de 20 en 24 jaar. De lagere vaccinatiegraad bij die leeftijdsgroep en de afnemende bescherming die het vaccin biedt, waren daarvoor al eerder als verklaring aangewezen.
Bescherming tegen bof
Voor de uitbraak blijven de adviezen:
• Wie ziek is, moet minstens 5 dagen thuisblijven om besmetting van andere personen zo veel mogelijk te vermijden.
• Wie contact heeft met besmette personen en niet gevaccineerd is met de 2 aanbevolen dosissen van het mazelen-Bof-rubella-vaccin (op 12 maanden en in het 5de leerjaar), kan een inhaalvaccin vragen aan zijn huisarts.
• Hand voor de mond houden bij hoesten en een goede handhygiëne helpen ook bij het voorkomen van de verspreiding van infectieziekten.
Aangezien het vaccin een combinatievaccin is tegen bof en ook tegen mazelen en rode hond, is het sowieso nuttig voor mensen die niet volledig gevaccineerd zijn, om een inhaalvaccin te halen. Dat is extra aanbevolen voor wie op reis gaat: in een aantal Europese landen, bijvoorbeeld in Frankrijk, doet mazelen al een paar jaar de ronde.
Meeste meldingen in Oost-Vlaanderen
De meeste meldingen van bof kwamen uit Oost-Vlaanderen. Dat is niet verrassend aangezien de bofuitbraak gestart is in de faculteit geneeskunde van de Universiteit Gent. Ook na de invoer van de meldingsplicht blijven voorlopig de meeste meldingen (144 van de 427) uit Oost-Vlaanderen komen.
In de andere provincies is het aantal meldingen sterk gestegen sinds de invoer van de meldingsplicht. Ook dat is niet verrassend: in de andere provincies was er nog niet opgeroepen tot het melden van bof. De stijgende aantallen wijzen dus niet zozeer op een toename van het aantal bofgevallen, meer eerder op een betere registratie. Ze tonen wel aan dat de bofuitbraak niet beperkt is tot Oost-Vlaanderen, maar in heel Vlaanderen opduikt.
Vooral bij 20-24 jarigen
Net als voor de meldingsplicht komen de meeste gemelde gevallen van bof voor bij jongeren tussen de 20 en 24 jaar. De lagere vaccinatiegraad bij die leeftijdsgroep en de afnemende bescherming die het vaccin biedt, waren daarvoor al eerder als verklaring aangewezen.
Bescherming tegen bof
Voor de uitbraak blijven de adviezen:
• Wie ziek is, moet minstens 5 dagen thuisblijven om besmetting van andere personen zo veel mogelijk te vermijden.
• Wie contact heeft met besmette personen en niet gevaccineerd is met de 2 aanbevolen dosissen van het mazelen-Bof-rubella-vaccin (op 12 maanden en in het 5de leerjaar), kan een inhaalvaccin vragen aan zijn huisarts.
• Hand voor de mond houden bij hoesten en een goede handhygiëne helpen ook bij het voorkomen van de verspreiding van infectieziekten.
Aangezien het vaccin een combinatievaccin is tegen bof en ook tegen mazelen en rode hond, is het sowieso nuttig voor mensen die niet volledig gevaccineerd zijn, om een inhaalvaccin te halen. Dat is extra aanbevolen voor wie op reis gaat: in een aantal Europese landen, bijvoorbeeld in Frankrijk, doet mazelen al een paar jaar de ronde.