De Federatie Palliatieve Zorg Vlaanderen (FPZV) heeft een tekst opgesteld waarin alle begrippen rond medisch begeleid sterven duidelijk worden omschreven. Er is namelijk nog steeds verwarring over bijvoorbeeld het verschil tussen pijnbestrijding en euthanasie en andere termen betreffende deze problematiek.
Professor Bert Broeckaert, ethisch adviseur van de FPZV, stelde na overleg met verschillende betrokkenen uit de sector het begrippenkader rond medisch begeleid sterven op. Hij onderscheidt drie grote categorie‘n: curatief of levensverlengend handelen, palliatief handelen en symptoomcontrole en ten derde actieve levensbeëindiging.
Eerste categorie
De eerste categorie gaat over wat te doen voor zieke patiënten wanneer de medische behandelingen niets uithalen. Ofwel kiest men ervoor een bepaalde handeling te staken of na te laten, ofwel gaat men ermee door of start men een behandeling op. Professor Broeckaert spreekt van (niet-)behandelbeslissingen. "Het is van belang beide opties voor ogen te houden en niet exclusief de aandacht op een van beide te richten", zegt hij. Er moet ook rekening gehouden worden met het feit dat de patiënt een curatieve of levensverlengende behandeling kan weigeren.
pijnbestrijding
De pijn- en symptoomcontrole betreft het geheel van behandelingen om het leven van een ongeneeslijk zieke patiënt draaglijk te maken. Hierbij gaat het in de eerste plaats om pijnbestrijding, het toedienen van medicatie in doseringen en combinaties die vereist zijn om pijn of andere symptomen te controleren.
Formuleringen als "het opdrijven van pijnstillers" of "het intensiveren van de pijnbestrijding", hoort de FPZV liever niet. Een doorgedreven vorm van pijnbestrijding is palliatieve sedatie. De medicatie wordt dan in aanzienlijke doseringen toegediend om het bewustzijn van de terminale patiënt zo te verlagen dat de symptomen op een adequate manier gecontroleerd kunnen worden.
Actieve levensbeëindiging
De derde categorie in de visietekst van professor Broeckaert is de actieve levensbeëindiging, waaronder ook euthanasie valt. Actieve levensbeëindiging overstijgt het terrein van het normale medisch handelen. Deze laatste vorm van medisch begeleid sterven is ook de meest controversiële. Onder deze categorie vallen euthanasie (op vraag van de patiënt en uitgevoerd door de arts), hulp bij zelfdoding (op vraag van de patiënt, die levensbeëindiging zelf uitvoert) en actieve levensbeëindiging zonder verzoek, bijvoorbeeld bij een pasgeboren niet-levensvatbaar kind.
Misvattingen
"Deze duidelijk omschreven begrippen moeten bepaalde misvattingen bij de bevolking van de baan ruimen", zegt voorzitter Arsène Mullie van de FPZV. "Zo denken velen nog altijd dat morfine onlosmakelijk verbonden is met levensbeëindiging in de nabije toekomst. Een andere misvatting is dat het uitschakelen van de beademingsmachine onder de term euthanasie valt", zegt Mullie.
Duidelijkheid
Professor Broeckaert hoopt met de typologie rond medisch begeleid sterven duidelijkheid te scheppen in deze complexe thematiek. "Het was helemaal niet de bedoeling om met deze visietekst een ethisch oordeel te vellen. Dit begrippenkader dient enkel als overzicht en moet de sector en de bevolking aansporen om de termen juist te hanteren en te weten waarover ze spreken. Dit geldt trouwens ook voor de media", zegt de professor.
Op de algemene vergadering van de FPZV donderdagavond wordt de definitieve tekst aan de leden van de federatie overhandigd. De tekst telt 11 pagina's en is ook in een samengevatte versie beschikbaar. Een bijhorend schema zet alle begrippen nog eens op een rijtje. (belga)
Eerste categorie
De eerste categorie gaat over wat te doen voor zieke patiënten wanneer de medische behandelingen niets uithalen. Ofwel kiest men ervoor een bepaalde handeling te staken of na te laten, ofwel gaat men ermee door of start men een behandeling op. Professor Broeckaert spreekt van (niet-)behandelbeslissingen. "Het is van belang beide opties voor ogen te houden en niet exclusief de aandacht op een van beide te richten", zegt hij. Er moet ook rekening gehouden worden met het feit dat de patiënt een curatieve of levensverlengende behandeling kan weigeren.
pijnbestrijding
De pijn- en symptoomcontrole betreft het geheel van behandelingen om het leven van een ongeneeslijk zieke patiënt draaglijk te maken. Hierbij gaat het in de eerste plaats om pijnbestrijding, het toedienen van medicatie in doseringen en combinaties die vereist zijn om pijn of andere symptomen te controleren.
Formuleringen als "het opdrijven van pijnstillers" of "het intensiveren van de pijnbestrijding", hoort de FPZV liever niet. Een doorgedreven vorm van pijnbestrijding is palliatieve sedatie. De medicatie wordt dan in aanzienlijke doseringen toegediend om het bewustzijn van de terminale patiënt zo te verlagen dat de symptomen op een adequate manier gecontroleerd kunnen worden.
Actieve levensbeëindiging
De derde categorie in de visietekst van professor Broeckaert is de actieve levensbeëindiging, waaronder ook euthanasie valt. Actieve levensbeëindiging overstijgt het terrein van het normale medisch handelen. Deze laatste vorm van medisch begeleid sterven is ook de meest controversiële. Onder deze categorie vallen euthanasie (op vraag van de patiënt en uitgevoerd door de arts), hulp bij zelfdoding (op vraag van de patiënt, die levensbeëindiging zelf uitvoert) en actieve levensbeëindiging zonder verzoek, bijvoorbeeld bij een pasgeboren niet-levensvatbaar kind.
Misvattingen
"Deze duidelijk omschreven begrippen moeten bepaalde misvattingen bij de bevolking van de baan ruimen", zegt voorzitter Arsène Mullie van de FPZV. "Zo denken velen nog altijd dat morfine onlosmakelijk verbonden is met levensbeëindiging in de nabije toekomst. Een andere misvatting is dat het uitschakelen van de beademingsmachine onder de term euthanasie valt", zegt Mullie.
Duidelijkheid
Professor Broeckaert hoopt met de typologie rond medisch begeleid sterven duidelijkheid te scheppen in deze complexe thematiek. "Het was helemaal niet de bedoeling om met deze visietekst een ethisch oordeel te vellen. Dit begrippenkader dient enkel als overzicht en moet de sector en de bevolking aansporen om de termen juist te hanteren en te weten waarover ze spreken. Dit geldt trouwens ook voor de media", zegt de professor.
Op de algemene vergadering van de FPZV donderdagavond wordt de definitieve tekst aan de leden van de federatie overhandigd. De tekst telt 11 pagina's en is ook in een samengevatte versie beschikbaar. Een bijhorend schema zet alle begrippen nog eens op een rijtje. (belga)