Prostaatkanker is bij mannen de meest voorkomende kanker. De diagnosestelling wordt steeds technischer en gesofisticeerder. Er komt steeds meer moleculaire biologie aan te pas, wat ook de behandelingsstrategie beïnvloedt.
Het prostaatkanker' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>prostaatkankercentrum moet het UZ Gent toelaten om alle mogelijke kennis over een patiënt met prostaatkanker optimaal te benutten.
,,De waarschijnlijkheidsdiagnose prostaatkanker wordt nog altijd door de huisarts gesteld'', zegt professor Gert De Meerleer, radiotherapeut in het UZ Gent. ,,De huisarts verwijst patiënten met een verhoogde PSA (Prostaat Specifiek Antigeen) door naar een uroloog, die dan vaak op basis van eigen ervaringen voor een bepaalde strategie kiest. De bedoeling van het multidisciplinair team in het UZ is verschillende experten de koppen bij elkaar te laten steken en elke patiënt te bespreken om tot een actieplan te komen.''
Na een abnormale PSA-test begint het prostaatkankercentrum met een extra bloedafname voor het meten van het vrij PSA, iets wat binnen de twee uur na de bloedafname gebeurd moet zijn. Er volgt ook een echografie. Op basis van de resultaten kan prostaatkanker worden vermoed.
Lokaliseren
Met spectrometrie kan de tumor ook gevisualiseerd worden. Tumorcellen maken andere stoffen aan dan het gewone weefsel of stoffen in verschillende concentraties. Door deze stoffen of concentraties te merken en te visualiseren, kan men de tumorhaarden beter lokaliseren en vervolgens gericht verwijderen voor microscopisch onderzoek.
Verfijnde beeldvormingstechnieken (nmr) laten toe de grenzen van de prostaat goed af te lijnen.
,,De waarschijnlijkheidsdiagnose prostaatkanker wordt nog altijd door de huisarts gesteld'', zegt professor Gert De Meerleer, radiotherapeut in het UZ Gent. ,,De huisarts verwijst patiënten met een verhoogde PSA (Prostaat Specifiek Antigeen) door naar een uroloog, die dan vaak op basis van eigen ervaringen voor een bepaalde strategie kiest. De bedoeling van het multidisciplinair team in het UZ is verschillende experten de koppen bij elkaar te laten steken en elke patiënt te bespreken om tot een actieplan te komen.''
Na een abnormale PSA-test begint het prostaatkankercentrum met een extra bloedafname voor het meten van het vrij PSA, iets wat binnen de twee uur na de bloedafname gebeurd moet zijn. Er volgt ook een echografie. Op basis van de resultaten kan prostaatkanker worden vermoed.
Lokaliseren
Met spectrometrie kan de tumor ook gevisualiseerd worden. Tumorcellen maken andere stoffen aan dan het gewone weefsel of stoffen in verschillende concentraties. Door deze stoffen of concentraties te merken en te visualiseren, kan men de tumorhaarden beter lokaliseren en vervolgens gericht verwijderen voor microscopisch onderzoek.
Verfijnde beeldvormingstechnieken (nmr) laten toe de grenzen van de prostaat goed af te lijnen.
