Jeugdconsulenten niet schuldig aan dood baby

In december 2001 overleed in Bredene, bij Oostende, een peuter van anderhalf jaar oud door ondervoeding en verwaarlozing. De moeder stond daarvoor terecht wegens het onthouden van voeding aan haar kind, zij het zonder opzet.
Maar ook de jeugdconsulenten die de moeder begeleidden, werden vervolgd wegens het niet toedienen van hulp aan een persoon in nood, of ,,schuldig verzuim''.

De sector van de bijzondere jeugdzorg keek met spanning uit naar het vonnis. Jeugdconsulenten moeten dagelijks moeilijke beslissingen nemen. Bovendien kampt de sector met een chronisch gebrek aan middelen en personeel. De consulenten kwamen daarvoor op 9 januari zelfs op straat.

Een veroordeling wegens schuldig verzuim zou een negatieve invloed hebben op het werk van de jeugdconsulenten, was de vrees. De hulpverleners zouden veel sneller kunnen overgaan tot een ,,uithuisplaatsing'' van een kind in nood.

Maar de strafrechter in Brugge sprak de twee consulenten, hun chef en een begeleidster van kind & gezin vrij. De rechter volgde het standpunt van de openbaar aanklager op het proces, die vond dat de hulpverleners niets verweten kon worden.

Eerder had het parket wel de vervolging van de consulenten gevraagd. Wellicht is dat te verklaren door de verontwaardiging die heerste toen bekend werd dat, in deze tijd, een kind door uithongering om het leven was gekomen.

De peuter was voor zijn overlijden al in het ziekenhuis opgenomen wegens ondervoeding. De artsen hadden toen de hulpverlening gealarmeerd. Toch kon de dood van het kind blijkbaar niet vermeden worden.

De moeder kreeg een jaar gevangenisstraf met uitstel. Zij is schuldig bevonden aan verwaarlozing, zonder dat ze haar kind volgens de rechter opzettelijk voedsel en drank heeft onthouden.

De aanklager aanvaardde voor de moeder ,,een ongelukkige jeugd'' als verzachtende omstandigheid.

De moeder heeft nog een jonger en een ouder kind. De vader werkt op een boorplatform en is dus weinig thuis. Hij werd ook niet verantwoordelijk gesteld voor het drama.

De jeugdconsulenten reageerden ,,opgelucht'' op hun vrijspraak, zei hun advocaat Bart Staelens na de uitspraak.

,,Uit het strafdossier bleek al niet duidelijk wat de jeugdconsulenten precies verweten werd. Toch woog deze vervolging zwaar op hen'', zei Staelens. ,,De consulenten waren het liefst nooit bij deze strafzaak betrokken geweest. Gelukkig heeft het gerechtelijke systeem gewerkt. We hopen nu dat de aanklager geen beroep aantekent.''

Een hoger beroep is, na het standpunt van de aanklager tijdens de zitting, weinig waarschijnlijk.
14 feb 2006
meer over
zie ook rubriek