Ziekenfondsen en artsensyndicaten zijn het maandagavond eens geraakt over een gedifferentieerde indexering voor de erelonen van de artsen. Dat betekent dat de meeste artsen hun honoraria volgend jaar met 2,26 procent mogen indexeren. De indexering geldt niet voor specialisten wier budget de afgelopen vier jaar sterk steeg. De klinisch biologen krijgen maar een halve indexatie en de oogartsen en anesthesisten zullen de index niet mogen aanrekenen.
artsen en ziekenfondsen moeten voor 2006 en 2007 nieuwe afspraken maken over de tarieven en een aantal voorwaarden voor de geneeskundige verzorging vastleggen. Ze zaten hierover maandagavond aan tafel, maar bereikten nog geen totaalakkoord. Gehoopt wordt dat dat volgende week gebeurt.
Discussiepunt blijft onder meer het Globaal Medisch dossier. Het honorarium daarvoor zou in 2006 met 2 euro mogen opslaan, maar de onderhandelaars zijn er nog niet uit of hiervoor een aantal voorwaarden moet gelden. Ook willen de artsensyndicaten dat de werkweek van artsen maar 38 uur mag bedragen en de tariefafspraken enkel voor de kantooruren mogen gelden. Artsen en ziekenfondsen moeten het voorts nog eens raken over de uitwerking van een zorgtraject dat de samenwerking tussen huisartsen en specialisten moet bevorderen.
Discussiepunt blijft onder meer het Globaal Medisch dossier. Het honorarium daarvoor zou in 2006 met 2 euro mogen opslaan, maar de onderhandelaars zijn er nog niet uit of hiervoor een aantal voorwaarden moet gelden. Ook willen de artsensyndicaten dat de werkweek van artsen maar 38 uur mag bedragen en de tariefafspraken enkel voor de kantooruren mogen gelden. Artsen en ziekenfondsen moeten het voorts nog eens raken over de uitwerking van een zorgtraject dat de samenwerking tussen huisartsen en specialisten moet bevorderen.
