Professor Dirk Deboutte van het Centrum voor Kinder-en Jeugdpsychiatrie van de Universiteit Antwerpen roept op tot een betere samenwerking tussen de Bijzondere Jeugdzorg en de kinder- en jeugdpsychiatrie. Hij deed dat op het vijfde Vlaamse Congres voor Kinder-en Jeugdpsychiatrie aan de Universiteit Antwerpen.
Bijzondere jeugdzorg staat in voor het algemeen welzijn van de jeugd. ,,jongeren in de gesloten instellingen van de Bijzondere jeugdzorg hebben veel grotere problemen en vertonen meer risicogedrag dan de gemiddelde jongere'', zegt professor Dirk Deboutte.
,,Bijgevolg hebben ze meer behoefte aan hulp vanuit de kinder- en jeugdpsychiatrie. Anderzijds heeft de kinder- en jeugdpsychiatrie behoefte aan voorzieningen die aanwezig zijn bij de Bijzondere Jeugdbijstand. Alleen al daarom is een betere samenwerking tussen de twee sectoren noodzakelijk. En die is tot nu toe bijna onbestaande.''
De overheid zegt al langer dat een samenwerking tussen de sectoren aangewezen is. Maar volgens Deboutte slaagt ze er niet in die tot stand te brengen.
Om die reden begon de universiteit Antwerpen met het BIJPASS-project (Bijzondere Jeugdbijstand en Psychiatrie: Alternatieven voor screening en samenwerking), waarmee wordt uitgezocht hoe de samenwerking moet verlopen.
Onder andere onvoldoende communicatie tussen de twee diensten ligt aan de basis van de slechte samenwerking. ,,Maar ook gebrekkige doorverwijzing tussen de Bijzondere Jeugdbijstand en de kinder- en jeugdpsychiatrie is een probleem.''
,,De Bijzondere Jeugdbijstand vindt ook dat er te weinig opvolging vanuit de kinder- en jeugdpsychiatrie gebeurt bij haar jongeren'', aldus Deboutte.
Het BIJPASS-project heeft al enkele suggesties opgeleverd. ,,Concreet willen we minstens één kind- en jeugdpsychiater beschikbaar houden voor de Bijzondere Jeugdbijstand. Ook stellen we voor een internetforum te creëren waarop beide diensten aan elkaar vragen kunnen stellen'', legt Deboutte uit. In een volgende fase wil het BIJPASS-project de voorstellen operationeel maken, ze evalueren en ten slotte voorleggen aan de overheid.
,,Bijgevolg hebben ze meer behoefte aan hulp vanuit de kinder- en jeugdpsychiatrie. Anderzijds heeft de kinder- en jeugdpsychiatrie behoefte aan voorzieningen die aanwezig zijn bij de Bijzondere Jeugdbijstand. Alleen al daarom is een betere samenwerking tussen de twee sectoren noodzakelijk. En die is tot nu toe bijna onbestaande.''
De overheid zegt al langer dat een samenwerking tussen de sectoren aangewezen is. Maar volgens Deboutte slaagt ze er niet in die tot stand te brengen.
Om die reden begon de universiteit Antwerpen met het BIJPASS-project (Bijzondere Jeugdbijstand en Psychiatrie: Alternatieven voor screening en samenwerking), waarmee wordt uitgezocht hoe de samenwerking moet verlopen.
Onder andere onvoldoende communicatie tussen de twee diensten ligt aan de basis van de slechte samenwerking. ,,Maar ook gebrekkige doorverwijzing tussen de Bijzondere Jeugdbijstand en de kinder- en jeugdpsychiatrie is een probleem.''
,,De Bijzondere Jeugdbijstand vindt ook dat er te weinig opvolging vanuit de kinder- en jeugdpsychiatrie gebeurt bij haar jongeren'', aldus Deboutte.
Het BIJPASS-project heeft al enkele suggesties opgeleverd. ,,Concreet willen we minstens één kind- en jeugdpsychiater beschikbaar houden voor de Bijzondere Jeugdbijstand. Ook stellen we voor een internetforum te creëren waarop beide diensten aan elkaar vragen kunnen stellen'', legt Deboutte uit. In een volgende fase wil het BIJPASS-project de voorstellen operationeel maken, ze evalueren en ten slotte voorleggen aan de overheid.
