De SP.A wil een akkoord afsluiten met de huisartsen. De partij stelt een charter voor waarin de huisarts belooft de afgesproken tarieven te hanteren en niet mee te werken aan commerciële praktijken van de geneesmiddelenindustrie. In ruil krijgt hij enkele financiële incentives.
De voormalige SP.A-voorzitter Steve Stevaert lanceerde al vier punten van zijn vijfkamp om de kosten in de ziekteverzekering terug te dringen (zie hieronder). Nu is ook zijn vijfde idee bekend: interim-voorzitter Caroline Gennez stelt een charter voor met de arts' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>huisarts.
Het beroep van huisarts verliest aantrekkingskracht, merkt de SP.A op. 80 procent van de huisartsen is ouder dan veertig jaar, de helft is ouder dan vijftig. Er komen steeds meer specialisten bij, terwijl de instroom van jonge huisartsen opdroogt.
Huisartsen zijn nochtans nodig. ,,Studies hebben uitgewezen dat een sterke, goed functionerende eerstelijnsgezondheidszorg leidt tot meer gezondheid voor eenzelfde prijs,'' zegt de partij.
De SP.A wil de huisarts weer de centrale plaats geven die hij of zij verdient. Daarvoor moeten huisartsen een paar toegevingen doen op hun vrijheid. In ruil krijgen ze van de SP.A een aantal tegemoetkomingen. Een en ander zou in een afsprakencharter komen.
Wat krijgt de huisarts? Om patiënten ertoe aan te zetten eerst naar de huisarts te gaan en dan pas naar een specialist, wordt het bezoek aan de specialist helemaal terugbetaald - op voorwaarde dat de huisarts de patiënt heeft doorverwezen naar die specialist.
Jonge huisartsen kiezen er vaak voor om in een groepspraktijk te werken. De overheid moet dat stimuleren. Zo kan de overheid oudere artsen met een solopraktijk fiscaal stimuleren om er een groepspraktijk van te maken.
53 procent van de patiënten in Vlaanderen heeft een globaal medisch dossier dat door de huisarts wordt bijgehouden. In Wallonië en Brussel ligt dat percentage lager. Patiënten met zo'n dossier betalen 30 procent minder remgeld. Huisartsen die dossiers bijhouden, krijgen 20 euro per dossier en per jaar. Om de dossiers te promoten wil SP.A de huisarts daar meer voor betalen.
De huisarts wordt per raadpleging betaald. Toch horen er bij het beroep ook heel wat administratieve taken. Ook daar wil de SP.A de huisarts voor vergoeden. De grootte van de omkaderingsvergoeding is afhankelijk van de schaalgrootte van de huisartsenpraktijk.
De huisartsenpraktijk moet integraal digitaliseren: geen papierwerk meer, alles op computer. De jaarlijkse tegemoetkoming van het riziv daarvoor (zowat 750 euro) moet hoger. Er moet ook een overkoepelend elektronisch systeem komen dat de communicatie en uitwisseling van gegevens tussen huisartsen en specialisten verbetert.
Wat biedt de huisarts? Huisartsen en riziv sluiten normaal een akkoord, een conventie over de tarieven. Artsen kunnen echter beslissen om dat akkoord niet te volgen en kunnen dan aan hun patiënten vragen wat ze willen. Eén op de drie patiënten weet niet eens of zijn arts geconventioneerd is, terwijl toch meer dan één op de tien artsen in Vlaanderen de tarieven niet volgt. De SP.A stelt voor dat artsen de tariefakkoorden móeten volgen. Huisartsen mogen ook geen supplementen aanrekenen.
Nieuwe, dure geneesmiddelen worden massaal voorgeschreven. Waarom? Het voorschrijfgedrag van huisartsen wordt sterk beïnvloed door ,,artsenbezoekers'', vertegenwoordigers van geneesmiddelenbedrijven die hun producten promoten. Vaak geven zij een huisarts die hun middel voorschrijft een vergoeding, onder het mom van een follow-uponderzoek. In de meeste gevallen zijn die onderzoeken over de langetermijneffecten van de nieuwe middelen waardeloos. De SP.A wil een systeem van onpartijdige informatie over nieuwe geneesmiddelen. De commerciële praktijk van de artsenbezoekers en hun neponderzoeken stopt.
Artsen die te veel of ondoelmatig voorschrijven, krijgen een financiële bestraffing. Er komen ook wetenschappelijke aanbevelingen over goedkoper voorschrijfgedrag.
De huisarts moet bij ten minste 80 procent van zijn patiënten ook preventieve onderzoeken doen: borstonderzoek, uitstrijkje, prostaatonderzoek...
Huisartsen organiseren samen met de ziekenfondsen en het Riziv de inzameling van anonieme medische gegevens. Die worden geanalyseerd zodat de eerstelijnszorg nog kan verbeteren.
Het beroep van huisarts verliest aantrekkingskracht, merkt de SP.A op. 80 procent van de huisartsen is ouder dan veertig jaar, de helft is ouder dan vijftig. Er komen steeds meer specialisten bij, terwijl de instroom van jonge huisartsen opdroogt.
Huisartsen zijn nochtans nodig. ,,Studies hebben uitgewezen dat een sterke, goed functionerende eerstelijnsgezondheidszorg leidt tot meer gezondheid voor eenzelfde prijs,'' zegt de partij.
De SP.A wil de huisarts weer de centrale plaats geven die hij of zij verdient. Daarvoor moeten huisartsen een paar toegevingen doen op hun vrijheid. In ruil krijgen ze van de SP.A een aantal tegemoetkomingen. Een en ander zou in een afsprakencharter komen.
Wat krijgt de huisarts? Om patiënten ertoe aan te zetten eerst naar de huisarts te gaan en dan pas naar een specialist, wordt het bezoek aan de specialist helemaal terugbetaald - op voorwaarde dat de huisarts de patiënt heeft doorverwezen naar die specialist.
Jonge huisartsen kiezen er vaak voor om in een groepspraktijk te werken. De overheid moet dat stimuleren. Zo kan de overheid oudere artsen met een solopraktijk fiscaal stimuleren om er een groepspraktijk van te maken.
53 procent van de patiënten in Vlaanderen heeft een globaal medisch dossier dat door de huisarts wordt bijgehouden. In Wallonië en Brussel ligt dat percentage lager. Patiënten met zo'n dossier betalen 30 procent minder remgeld. Huisartsen die dossiers bijhouden, krijgen 20 euro per dossier en per jaar. Om de dossiers te promoten wil SP.A de huisarts daar meer voor betalen.
De huisarts wordt per raadpleging betaald. Toch horen er bij het beroep ook heel wat administratieve taken. Ook daar wil de SP.A de huisarts voor vergoeden. De grootte van de omkaderingsvergoeding is afhankelijk van de schaalgrootte van de huisartsenpraktijk.
De huisartsenpraktijk moet integraal digitaliseren: geen papierwerk meer, alles op computer. De jaarlijkse tegemoetkoming van het riziv daarvoor (zowat 750 euro) moet hoger. Er moet ook een overkoepelend elektronisch systeem komen dat de communicatie en uitwisseling van gegevens tussen huisartsen en specialisten verbetert.
Wat biedt de huisarts? Huisartsen en riziv sluiten normaal een akkoord, een conventie over de tarieven. Artsen kunnen echter beslissen om dat akkoord niet te volgen en kunnen dan aan hun patiënten vragen wat ze willen. Eén op de drie patiënten weet niet eens of zijn arts geconventioneerd is, terwijl toch meer dan één op de tien artsen in Vlaanderen de tarieven niet volgt. De SP.A stelt voor dat artsen de tariefakkoorden móeten volgen. Huisartsen mogen ook geen supplementen aanrekenen.
Nieuwe, dure geneesmiddelen worden massaal voorgeschreven. Waarom? Het voorschrijfgedrag van huisartsen wordt sterk beïnvloed door ,,artsenbezoekers'', vertegenwoordigers van geneesmiddelenbedrijven die hun producten promoten. Vaak geven zij een huisarts die hun middel voorschrijft een vergoeding, onder het mom van een follow-uponderzoek. In de meeste gevallen zijn die onderzoeken over de langetermijneffecten van de nieuwe middelen waardeloos. De SP.A wil een systeem van onpartijdige informatie over nieuwe geneesmiddelen. De commerciële praktijk van de artsenbezoekers en hun neponderzoeken stopt.
Artsen die te veel of ondoelmatig voorschrijven, krijgen een financiële bestraffing. Er komen ook wetenschappelijke aanbevelingen over goedkoper voorschrijfgedrag.
De huisarts moet bij ten minste 80 procent van zijn patiënten ook preventieve onderzoeken doen: borstonderzoek, uitstrijkje, prostaatonderzoek...
Huisartsen organiseren samen met de ziekenfondsen en het Riziv de inzameling van anonieme medische gegevens. Die worden geanalyseerd zodat de eerstelijnszorg nog kan verbeteren.
