In 2004 zagen in Vlaanderen 62.374 kinderen het levenslicht. Dat zijn 2.410 geboorten meer, of een stijging van 4 procent tegenover 2003.
Kind & Gezin, dat de cijfers woensdag bekendmaakte, is uitermate voorzichtig en spreekt nog lang niet van een babyboom, maar toont zich wel optimistisch.
Kind & Gezin, dat de cijfers woensdag bekendmaakte, is uitermate voorzichtig en spreekt nog lang niet van een babyboom, maar toont zich wel optimistisch.
In 1997 waren er nog bijna 65.000 geboorten in het Vlaamse Gewest. Sindsdien was er een neerwaartse spiraal, met in 2002 minder dan 60.000 geboorten. Pas in 2003 ging het geboortecijfer terug licht de hoogte in, met 59.964 pasgeborenen. Vorig jaar was er een stijging met 4 procent en de eerste zes maanden van 2005 steeg het aantal geboorten met 2,9 procent tegenover de eerste zes maanden van 2004.
De neerwaartse trend, ingezet in 1997, lijkt gekeerd, voorspelt kind & gezin. "We denken dat die opwaartse trend voortgezet wordt. Het klimaat rond het ouderschap lijkt in elk geval terug positief", zegt administrateur-generaal Lieven Vandenberghe. Bea Buysse, wetenschappelijk adviseur bij kind & gezin, waarschuwt voor overdreven optimisme. "We stellen vast dat het aantal vruchtbare vrouwen blijft dalen", aldus Buysse.
De stijging van het aantal geboorten was het grootst in Oost-Vlaanderen, waar 14.790 baby's het levenslicht zagen (+6,8 pct). Ook in Limburg is de toename groot: + 4 pct tot 7.974. In Antwerpen (+3 pct - 18.108), West-Vlaanderen (+2,9 pct - 10.776) en Vlaams-Brabant (+2,9 pct - 10.726) was de stijging iets minder groot. Er kwamen vorig jaar ook 703 kinderen ter wereld van asielzoeksters.
Voor het eerst beschikt Kind & Gezin ook over gegevens over de gezinssamenstelling van de jonge kinderen. Daaruit blijkt dat 85 pct van de kinderen onder de 12 jaar in een tweeoudergezin leeft en dat negen van de tien kinderen jonger dan 12 minstens een ouder hebben die werkt.
Van de pasgeborenen krijgt 63,4 pct op de zesde dag uitsluitend borstvoeding. Dat is een stijging met 0,4 pct tegenover 2003.
De gehoortest, die sinds 1998 in heel Vlaanderen bij pasgeborenen wordt uitgevoerd, heeft een positief effect in het kleuteronderwijs. De meeste kinderen bij wie vroegtijdig een ernstige gehoorafwijking wordt vastgesteld, volgen een aangepaste behandeling en kunnen naar het gewone onderwijs. De daling van het aantal kinderen in het buitengewoon onderwijs voor kinderen met een auditieve stoornis, is begonnen in 2001, het jaar waarin de eerste groep geteste kinderen de leeftijd van 2,5 jaar bereikte.
Ook de kinderopvang in Vlaanderen zit volgens cijfers van Kind & Gezin nog steeds in de lift. Vorig jaar waren er 92.572 opvangplaatsen, dat is een stijging van 5,7 procent. Gemiddeld zijn er 346 plaatsen voor dagopvang per 1.000 kinderen.
De neerwaartse trend, ingezet in 1997, lijkt gekeerd, voorspelt kind & gezin. "We denken dat die opwaartse trend voortgezet wordt. Het klimaat rond het ouderschap lijkt in elk geval terug positief", zegt administrateur-generaal Lieven Vandenberghe. Bea Buysse, wetenschappelijk adviseur bij kind & gezin, waarschuwt voor overdreven optimisme. "We stellen vast dat het aantal vruchtbare vrouwen blijft dalen", aldus Buysse.
De stijging van het aantal geboorten was het grootst in Oost-Vlaanderen, waar 14.790 baby's het levenslicht zagen (+6,8 pct). Ook in Limburg is de toename groot: + 4 pct tot 7.974. In Antwerpen (+3 pct - 18.108), West-Vlaanderen (+2,9 pct - 10.776) en Vlaams-Brabant (+2,9 pct - 10.726) was de stijging iets minder groot. Er kwamen vorig jaar ook 703 kinderen ter wereld van asielzoeksters.
Voor het eerst beschikt Kind & Gezin ook over gegevens over de gezinssamenstelling van de jonge kinderen. Daaruit blijkt dat 85 pct van de kinderen onder de 12 jaar in een tweeoudergezin leeft en dat negen van de tien kinderen jonger dan 12 minstens een ouder hebben die werkt.
Van de pasgeborenen krijgt 63,4 pct op de zesde dag uitsluitend borstvoeding. Dat is een stijging met 0,4 pct tegenover 2003.
De gehoortest, die sinds 1998 in heel Vlaanderen bij pasgeborenen wordt uitgevoerd, heeft een positief effect in het kleuteronderwijs. De meeste kinderen bij wie vroegtijdig een ernstige gehoorafwijking wordt vastgesteld, volgen een aangepaste behandeling en kunnen naar het gewone onderwijs. De daling van het aantal kinderen in het buitengewoon onderwijs voor kinderen met een auditieve stoornis, is begonnen in 2001, het jaar waarin de eerste groep geteste kinderen de leeftijd van 2,5 jaar bereikte.
Ook de kinderopvang in Vlaanderen zit volgens cijfers van Kind & Gezin nog steeds in de lift. Vorig jaar waren er 92.572 opvangplaatsen, dat is een stijging van 5,7 procent. Gemiddeld zijn er 346 plaatsen voor dagopvang per 1.000 kinderen.
