Minder hartsterfte door bestraling na borstkanker

De voorbije kwarteeuw is het risico op hartziekte tengevolge van een stralingsbehandeling tegen borstkanker voortdurend afgenomen. Dat melden Amerikaanse artsen van de universiteit van Texas in het medische vakblad The Journal of the National Cancer Institute. Hun studie bewijst voor het eerst wat artsen al langer vermoedden: dat verbeteringen in bestralingstechnieken ervoor hebben gezorgd dat steeds minder vrouwen sterven aan de nevenwerkingen van de straling op hun hart.
Vrouwen met kanker' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>borstkanker worden vaak behandeld door chirurgie in combinatie met radiotherapie. De chirurg snijdt de tumor weg uit de borst, waarna de borst wordt nabestraald om eventueel achtergebleven kankercellen te doden. De straling die daarbij wordt gebruikt, gaat niet alleen door de borst, maar ook door andere delen van het lichaam, en schaadt niet alleen kankercellen maar ook gezonde cellen. Radiologen doen er tegenwoordig alles aan om vitale onderdelen van het lichaam te behoeden voor stralingsschade, maar zeker in het verleden viel toch niet altijd te vermijden dat andere organen een tik kregen. Zeker tot in de jaren tachtig traden vaak complicaties op door beschadiging van het hartweefsel en de bezenuwing ervan. Vrouwen konden daaraan zelfs overlijden. Maar de bestralingsapparatuur is de jongste jaren erg vooruitgegaan en radiologen kunnen hun stralenbundels steeds beter op de tumor 'mikken', zodat de benodigde stralingsdosis om tumorcellen te doden veel lager is. De overige weefsels lopen zo minder schade op.

,,artsen vertellen vrouwen al lang dat bestraling bij borstkanker nu veel veiliger is dan vroeger'', zegt onderzoekster Sharon Giordano, die de studie leidde. ,,Vrouwen geloofden dat, maar in werkelijkheid was het wetenschappelijke bewijs tot voor kort flinterdun.'' Om een eind te maken aan de twijfel vergeleek Giordano het wedervaren van vrouwen met kanker in de linkerborst (waar het hart zit) met dit van vrouwen met kanker in de rechterborst. Ze maakte gebruik van Amerikaanse gezondheidsstatistieken van 1973 tot 1989. Van de vrouwen die in de jaren zeventig waren behandeld voor borstkanker, hadden diegenen met een tumor in de linkerborst de vijftien jaar erna een verhoogd risico op hartziekte, vergeleken met patiënten bij wie de tumor rechts zat, kon Giordano bewijzen. Maar bij vrouwen die in de jaren tachtig borstkanker kregen, was er geen verschil meer. De artsen berekenden dat sinds 1979 het risico op hartsterfte bij vrouwen met een tumor links elk jaar met zes procent is gedaald. Het is nu gelijk aan het risico van vrouwen met een tumor rechts.
18 mrt 2005
meer over
zie ook rubriek