De federale regering heeft aan de vakbonden van de witte sector honderd miljoen euro meer toegezegd; in ruil spreidt ze de beloofde extra banen niet over vijf maar over zes jaar. De bonden verdedigen dit akkoord vandaag tegenover hun achterban.
De onderhandelingen tussen de federale overheid en de vakbonden van de openbare en de privé-ziekenhuizen, rusthuizen en diensten voor thuisverpleging verliepen vlotter dan verwacht. Zaterdagochtend rond 4 uur, na een etmaal praten, bereikten ze een akkoord over de principes. Zaterdagmiddag werd dat akkoord technisch verder uitgewerkt. Zondag om 17 uur startte een ,,laatste lezing''; om 20.15 uur parafeerden de vakbonden het akkoord. Ze gaan het ,,verdedigen'' bij hun achterban. De meeste bonden doen dit vandaag. Krijgen ze instemming, dan is de federale witte woede geblust. Maar dan treedt nog geen witte windstilte in, want de aandacht verschuift meteen naar de deelstaten. De Vlaamse ministers Inge Vervotte en Frank Vandenbroucke beginnen deze week onderhandelingen over het personeel dat de Vlaamse regering financiert: dat van de gehandicapteninstellingen, de kinderopvang en de rest van de welzijns- en de socio-culturele sector.
Gisteravond om 19 uur lichtte de federale regering ook de werkgevers in; die moeten straks betalen aan hun personeel wat de regering met de bonden is overeengekomen. Zij moeten akkoord gaan en de cao's ondertekenen met de bonden.
De vakbonden die eind februari een eerste voorstel van de federale regering afwezen, stemden nu in omdat de regering 100 miljoen euro meer geeft: 471 in plaats van 375 miljoen; maar dat kost haar niet veel meer per jaar, want ze smeert haar beloften - vooral de nieuwe banen - uit over zes en niet over vijf jaar. De laatste jobs komen er pas bij in 2011, hoewel de cao maar tot 2010 loopt.
Er komen 10.000 banen bij, 7.000 als ze omgerekend worden in voltijdse eenheden. De verdeling blijft zoals geschetst in de weekendkrant (DS 5-6 maart) .
De werknemers krijgen voorts een premie die absoluut niet dertiende maand mag heten, want dan eisen andere groepen hetzelfde. Die premie zal minstens 300 euro per jaar bedragen en hoger zijn voor hogere lonen. De hoofdverpleegkundigen krijgen een extra opslag zodat ze niet langer minder verdienen dan de verpleegkundigen waaraan ze leiding geven (die hebben wel nacht- en weekeindepremies).
Het personeel van de openbare instellingen, zowel de vastbenoemde minderheid als de meerderheid van contractuelen, moeten straks het volle vakantiegeld krijgen (92 procent van een maandloon); dit is de regel in de privésector en was beloofd aan alle ambtenaren (maar is nog niet overal van toepassing).
Het personeel van de privé-instellingen krijgt een aanvullend pensioen: zij hebben nu veel minder pensioen dan de vastbenoemden van de openbare sector. Ook de contractuelen van de openbare sector krijgen dit aanvullend pensioen; ook zij kregen veel minder dan hun vastbenoemde collega's. Enkele politici en vakbonders bepleiten nog een andere oplossing. Dit blijft hoe dan ook een eerste doorbraak voor een beter pensioen voor niet-vastbenoemd overheidspersoneel.
Vanaf 2006 wordt hiervoor kapitaal gestort, maar wellicht is de generatie die in 2010 op pensioen gaat, de eerste die geld krijgt.
Het moeilijkste punt was de veralgemening van de werktijdverkorting voor 45-plussers die het verplegend personeel al eerder kreeg. Enkel wie nacht- of weekeindewerk doet, krijgt dit ook; en niet vanaf 45, maar vanaf 50 of 52 jaar. De formulering is zo dat het debat over het loopbaaneinde voor alle sectoren niet ,,verstoord wordt''. Er werd verrassend ook overeengekomen dat arbeiders die vijf jaar dienst hebben, een bediendenstatuut krijgen, zowel in de privé- als in de openbare instellingen.
Gisteravond om 19 uur lichtte de federale regering ook de werkgevers in; die moeten straks betalen aan hun personeel wat de regering met de bonden is overeengekomen. Zij moeten akkoord gaan en de cao's ondertekenen met de bonden.
De vakbonden die eind februari een eerste voorstel van de federale regering afwezen, stemden nu in omdat de regering 100 miljoen euro meer geeft: 471 in plaats van 375 miljoen; maar dat kost haar niet veel meer per jaar, want ze smeert haar beloften - vooral de nieuwe banen - uit over zes en niet over vijf jaar. De laatste jobs komen er pas bij in 2011, hoewel de cao maar tot 2010 loopt.
Er komen 10.000 banen bij, 7.000 als ze omgerekend worden in voltijdse eenheden. De verdeling blijft zoals geschetst in de weekendkrant (DS 5-6 maart) .
De werknemers krijgen voorts een premie die absoluut niet dertiende maand mag heten, want dan eisen andere groepen hetzelfde. Die premie zal minstens 300 euro per jaar bedragen en hoger zijn voor hogere lonen. De hoofdverpleegkundigen krijgen een extra opslag zodat ze niet langer minder verdienen dan de verpleegkundigen waaraan ze leiding geven (die hebben wel nacht- en weekeindepremies).
Het personeel van de openbare instellingen, zowel de vastbenoemde minderheid als de meerderheid van contractuelen, moeten straks het volle vakantiegeld krijgen (92 procent van een maandloon); dit is de regel in de privésector en was beloofd aan alle ambtenaren (maar is nog niet overal van toepassing).
Het personeel van de privé-instellingen krijgt een aanvullend pensioen: zij hebben nu veel minder pensioen dan de vastbenoemden van de openbare sector. Ook de contractuelen van de openbare sector krijgen dit aanvullend pensioen; ook zij kregen veel minder dan hun vastbenoemde collega's. Enkele politici en vakbonders bepleiten nog een andere oplossing. Dit blijft hoe dan ook een eerste doorbraak voor een beter pensioen voor niet-vastbenoemd overheidspersoneel.
Vanaf 2006 wordt hiervoor kapitaal gestort, maar wellicht is de generatie die in 2010 op pensioen gaat, de eerste die geld krijgt.
Het moeilijkste punt was de veralgemening van de werktijdverkorting voor 45-plussers die het verplegend personeel al eerder kreeg. Enkel wie nacht- of weekeindewerk doet, krijgt dit ook; en niet vanaf 45, maar vanaf 50 of 52 jaar. De formulering is zo dat het debat over het loopbaaneinde voor alle sectoren niet ,,verstoord wordt''. Er werd verrassend ook overeengekomen dat arbeiders die vijf jaar dienst hebben, een bediendenstatuut krijgen, zowel in de privé- als in de openbare instellingen.