Het Vesaliusziekenhuis, met vestigingen in Tongeren en Bilzen, breidt zijn campus in Tongeren uit. Onder meer de afdeling palliatieve zorgen en de personeelscafetaria worden vernieuwd. De werkzaamheden gaan waarschijnlijk nog dit jaar van start en moeten tegen volgend jaar klaar zijn. De verbouwing kost 2 miljoen euro.
Volgens Yvan Vanbockryck, de voorzitter van de raad van bestuur van het Tongerse ziekenhuis, drong vooral de herinrichting van de afdeling palliatieve zorgen zich op. Nu staan de zes bedden van de afdeling in een verpleegkundige afdeling en is de privacy van de patiënten en hun bezoekers er beperkt. ,,De bedden voor de behandeling van palliatieve patiënten worden daarom binnenkort ondergebracht in een afgesloten afdeling, met een afzonderlijke ingang en een eigen ontspanningsruimte. Daar kunnen terminale patiënten en hun familieleden in alle rust hun laatste dagen samen doorbengen'', zegt Vanbockryck.
Daarnaast bouwt het Tongerse ziekenhuis een magazijn van ongeveer 300 vierkante meter waar de noodbedden en het medisch archief - dat op dit moment nog uitbesteed wordt - opgeslagen worden.
Ook aan het personeel is gedacht. Zo komt er voor het eerst een cafetaria voor het personeel.
,,Nu eten en drinken onze dokters en verpleegkundigen nog in dezelfde ruimte als de patiënten en bezoekers. Die cafetaria sluit 's avonds de deuren, waardoor het personeel van de avond- en nachtploegen nergens terecht kan voor een kop koffie of een warme maaltijd. Een bijbouw aan de bestaande cafetaria brengt daar binnenkort verandering in'', zegt voorzitter Vanbockryck.
Ook de dienstverlening aan de patiënten met specifieke noden wordt uitgebreid. Zo bouwt het Vesaliusziekenhuis in samenwerking met de collega's van het Virga Jesseziekenhuis, dat het medisch personeel levert, een centrum voor de ambulante behandeling van nierpatiënten uit. Ten slotte wordt de spoedafdeling uitgebreid zodat er voortaan drie ambulances kunnen parkeren.
Volgens Vanbockryck zijn de investeringen aan de Tongerse campus verantwoord. Zo werd het AZ Vesalius in 2004 uitgeroepen tot meest performante ziekenhuis van het land. Dat betekent dat de verblijfsduur er korter is dan in de andere Belgische klinieken.
Ook de poetsploeg van het ziekenhuis viel vorig jaar in de prijzen. ,,Bovendien overtroffen de ambulante patiënten vorig jaar voor het eerst de verblijvende'', stelt Vanbockryck.
In 2004 zakten 12.200 patiënten naar het ziekenhuis af voor een dagingreep. 11.900 patiënten bleven er langer dan een dag.
Daarnaast bouwt het Tongerse ziekenhuis een magazijn van ongeveer 300 vierkante meter waar de noodbedden en het medisch archief - dat op dit moment nog uitbesteed wordt - opgeslagen worden.
Ook aan het personeel is gedacht. Zo komt er voor het eerst een cafetaria voor het personeel.
,,Nu eten en drinken onze dokters en verpleegkundigen nog in dezelfde ruimte als de patiënten en bezoekers. Die cafetaria sluit 's avonds de deuren, waardoor het personeel van de avond- en nachtploegen nergens terecht kan voor een kop koffie of een warme maaltijd. Een bijbouw aan de bestaande cafetaria brengt daar binnenkort verandering in'', zegt voorzitter Vanbockryck.
Ook de dienstverlening aan de patiënten met specifieke noden wordt uitgebreid. Zo bouwt het Vesaliusziekenhuis in samenwerking met de collega's van het Virga Jesseziekenhuis, dat het medisch personeel levert, een centrum voor de ambulante behandeling van nierpatiënten uit. Ten slotte wordt de spoedafdeling uitgebreid zodat er voortaan drie ambulances kunnen parkeren.
Volgens Vanbockryck zijn de investeringen aan de Tongerse campus verantwoord. Zo werd het AZ Vesalius in 2004 uitgeroepen tot meest performante ziekenhuis van het land. Dat betekent dat de verblijfsduur er korter is dan in de andere Belgische klinieken.
Ook de poetsploeg van het ziekenhuis viel vorig jaar in de prijzen. ,,Bovendien overtroffen de ambulante patiënten vorig jaar voor het eerst de verblijvende'', stelt Vanbockryck.
In 2004 zakten 12.200 patiënten naar het ziekenhuis af voor een dagingreep. 11.900 patiënten bleven er langer dan een dag.
