De nieuwe generatie stents of bloedvatstutten brengt onverwachte risico's met zich mee. Artsen melden dat sommige patiënten een jaar na inplanting van zo'n stut een hartinfarct kregen, kort nadat hun bloedverdunnende therapie werd stopgezet.
Een stent is een metalen veertje dat met een katheter in een bloedvat geschoven kan worden om een vernauwing in het vat open te duwen. Klassieke stents van de 'eerste generatie' geraken na een tijdje in het vat al snel overgroeid met weefsel van de bloedvatwand, waardoor het bloedvat opnieuw vernauwt. Stents van de nieuwere generatie zijn bekleed met een laagje polymeer waaruit geleidelijk een geneesmiddel lekt dat het dichtgroeien van het bloedvat tegenhoudt (DS 6 mei 2002). Om die reden zijn de nieuwe medicijnstents de jongste jaren een groot succes geworden, vooral voor patiënten met een vernauwing van de bloedvaten op het hart, die de hartspier van bloed en zuurstof voorzien.
Maar dat succes dreigt overschaduwd te worden door complicaties op de langere termijn. Patiënten die een medicijnstut kregen ingeplant, moeten nog lange tijd bloedverdunnende geneesmiddelen nemen zoals aspirine, om te verhinderen dat er bloedklonters ophopen ter hoogte van het vreemde materiaal van de stut. Bij de klassieke stutten waren die bloedverdunners maar enkele weken nodig, omdat de stut snel overgroeid raakte met bloedvatweefsel en er dus geen rechtstreeks contact meer was tussen bloed en stut. Patiënten met een medicijnstut blijven vaak nog maandenlang aspirine nemen. Vier patiënten die ongeveer een jaar nadat ze een medicijnstent kregen, stopten met aspirine, kregen kort daarna een hartinfarct doordat een bloedklonter het bloedvat verstopte ter hoogte van de stut (een trombose in medisch jargon). Dat melden Patrick Serruys van de Erasmus Universiteit in Rotterdam en zijn collega's in het gezaghebbende medische vakblad The Lancet . Twee van de vier patiënten hadden zowel een oude, gewone metalen stut, als een nieuwe medicijn-lekkende stut in hun vaten. Het bloedstolsel deed zich telkens alleen voor ter hoogte van de medicijnstent. ,,Onze vaststellingen wijzen mogelijk op een onderschat probleem, dat ernstige gevolgen kan hebben. Zeker nu medicijnstents steeds meer gebruikt worden, moeten patiënten nauwgezet en op lange termijn worden gevolgd, om te achterhalen hoe vaak zulke trombosen voorkomen'', besluiten de onderzoekers.
Dat vindt ook Mark Eisenberg van het Jewish General Hospital in Montreal in een commentaarstuk in hetzelfde blad. ,,Patiënten en artsen moeten waakzaam zijn op het tromboserisico als de bloedverdunnende therapie wordt stopgezet'', aldus Eisenberg. ,,Grootschalige studies zullen moeten uitwijzen waarvan iemands risico afhangt en hoe lang een bloedverdunnende therapie best wordt aangehouden.'' Ook moet worden bekeken of de medicijnstents wel zo voordelig zijn, vindt Eisenberg, als ze later levensbedreigende complicaties kunnen opleveren en misschien een nieuwe ingreep noodzakelijk maken.
Maar dat succes dreigt overschaduwd te worden door complicaties op de langere termijn. Patiënten die een medicijnstut kregen ingeplant, moeten nog lange tijd bloedverdunnende geneesmiddelen nemen zoals aspirine, om te verhinderen dat er bloedklonters ophopen ter hoogte van het vreemde materiaal van de stut. Bij de klassieke stutten waren die bloedverdunners maar enkele weken nodig, omdat de stut snel overgroeid raakte met bloedvatweefsel en er dus geen rechtstreeks contact meer was tussen bloed en stut. Patiënten met een medicijnstut blijven vaak nog maandenlang aspirine nemen. Vier patiënten die ongeveer een jaar nadat ze een medicijnstent kregen, stopten met aspirine, kregen kort daarna een hartinfarct doordat een bloedklonter het bloedvat verstopte ter hoogte van de stut (een trombose in medisch jargon). Dat melden Patrick Serruys van de Erasmus Universiteit in Rotterdam en zijn collega's in het gezaghebbende medische vakblad The Lancet . Twee van de vier patiënten hadden zowel een oude, gewone metalen stut, als een nieuwe medicijn-lekkende stut in hun vaten. Het bloedstolsel deed zich telkens alleen voor ter hoogte van de medicijnstent. ,,Onze vaststellingen wijzen mogelijk op een onderschat probleem, dat ernstige gevolgen kan hebben. Zeker nu medicijnstents steeds meer gebruikt worden, moeten patiënten nauwgezet en op lange termijn worden gevolgd, om te achterhalen hoe vaak zulke trombosen voorkomen'', besluiten de onderzoekers.
Dat vindt ook Mark Eisenberg van het Jewish General Hospital in Montreal in een commentaarstuk in hetzelfde blad. ,,Patiënten en artsen moeten waakzaam zijn op het tromboserisico als de bloedverdunnende therapie wordt stopgezet'', aldus Eisenberg. ,,Grootschalige studies zullen moeten uitwijzen waarvan iemands risico afhangt en hoe lang een bloedverdunnende therapie best wordt aangehouden.'' Ook moet worden bekeken of de medicijnstents wel zo voordelig zijn, vindt Eisenberg, als ze later levensbedreigende complicaties kunnen opleveren en misschien een nieuwe ingreep noodzakelijk maken.