Opsporing van baarmoederhalskanker: het kan nog beter!

Recent stond de preventie van baarmoederhalskanker twee maal in de kijker: een keer naar aanleiding van het positief advies van de Hoge
Gezondheidsraad, en een tweede maal bij de beslissing van het RIZIV om het vaccin tegen HPV (Humaan Papillomavirus) Gardasil® terug te betalen.

In de marge van deze positieve berichtgeving publiceert de Landsbond van Onafhankelijke Ziekenfondsen MLOZ een overzicht van het aantal
uitstrijkjes ter opsporing van baarmoederhalskanker bij haar leden, en dit voor de periode 2004-2006.
De belangrijkste vaststelling is dat het aantal opsporingsonderzoeken niet toeneemt, en zelfs lichtjes daalt. Bovendien is er sprake van onder- en overconsumptie. Zo blijven nogal wat artsen' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>artsen een geregelde opsporing uitvoeren bij vrouwen boven 70 jaar, terwijl hiervoor geen aanbeveling bestaat.

De correlatie tussen de aanwezigheid van het hpv bij vrouwen en de
ontwikkeling van alskanker' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>baarmoederhalskanker is afdoende aangetoond. 70% van
de gevallen van baarmoederhalskanker kunnen worden gelinkt aan de
aanwezigheid van bepaalde types van het hpv.

De Onafhankelijke ziekenfondsen hebben dan ook niet lang getwijfeld
om tussen te komen in de kosten van het vaccin tegen HPV gardasil®.
Sinds 1 januari 2007 krijgen de leden via hun Aanvullende Verzekering
dit vaccin voor een deel terugbetaald. De totale kost voor de
vaccinatie bedraagt ongeveer 400 euro. De tussenkomst bij aankoop van
het vaccin kan variëren van het ene ziekenfonds tot het andere.
Het riziv heeft intussen beslist om meer dan 90% van de kostprijs van
het vaccin terug te betalen voor meisjes van 12 tot en met 15 jaar.
Ook de Hoge Gezondheidsraad heeft recent nog de vaccinatie tegen HPV
aanbevolen.

Tussen 1 januari en 16 augustus 2008 werden 748 meisjes tussen 8 en
20 jaar, aangesloten bij één van de zeven Onafhankelijke
ziekenfondsen, gevaccineerd tegen HPV. Dat is een mooi resultaat op 8
maanden, maar de ambities reiken nog verder.

Belangrijk is het besef dat vaccinatie opsporing niet overbodig
maakt. Een analyse van de gegevens over opsporing van
baarmoederhalskanker bij de leden van de Onafhankelijke Ziekenfondsen
toont evenwel aan dat het aantal opsporingsonderzoeken voor
baarmoederhalskanker de afgelopen jaren weinig of niet is
geëvolueerd. Dat blijkt uit een vergelijking met de cijfers voor de
periode 1996-2000, aangeleverd door een studie van het WIV-IMA
(Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en Intermutualistisch
Agentschap).
Nochtans hadden deze instanties in 2003 een positieve aanbeveling met
betrekking tot opsporing geformuleerd.

Op jaarbasis neemt het aantal opsporingsonderzoeken zelfs af. Het
aantal leden van de Onafhankelijke Ziekenfondsen (doelpubliek:
vrouwen tussen 20 en 64 jaar) dat zich liet controleren zakte van 42%
in 2004 naar 41 in 2005 tot 39% in 2006.
Het aantal vrouwen dat jaarlijks één uitstrijkje laat nemen, varieert
nauwelijks: het gaat om ongeveer 55% van de vrouwen die bij een
gynaecoloog op controle gaan, en 31% van de vrouwen die hiervoor naar
de huisarts gaan.

Het algemeen besluit verschilt niet echt van vorige studies: bij een
deel van de bevolking is er sprake van over-opsporing, bij een ander
deel van onder-opsporing met sterke ongelijkheden inzake aantal en
type onderzoeken (colposcopie versus uitstrijkje). Mogelijke
verklaringen zijn het feit dat niet alle artsen op dezelfde manier
geëquipeerd zijn, en dat het patiënteel sterk kan verschillen van de
ene arts tot de andere.
Wellicht is het ook zo dat vrouwen die baarmoederhalskanker als een
ernstig probleem beschouwen, sneller rechtstreeks naar een specialist
stappen. Vrouwen die hieraan niet zwaar aan tillen, zullen veeleer de
huisarts raadplegen. De noden zijn dus verschillend.

65 tot 68 % van de vrouwen die tussen 2004 en 2006 een
opsporingsonderzoek ondergingen (ongeacht het type arts waar dat
gebeurde) was tussen 20 en 50 jaar oud. Nogal wat artsen blijven ook
bij vrouwen boven 70 jaar geregeld een opsporingsonderzoek doen,
terwijl hiervoor geen enkele aanbeveling bestaat. Tussen 2004 en 2006
werd bij 17.107 vrouwen ouder dan 70 jaar (of 5% van alle opgespoorde
vrouwen) minstens één uitstrijkje gedaan.

Op basis van onze facturatiegegevens moeten we besluiten dat de
verschillende promotiecampagnes voor een actieve opsporing van
baarmoederhalskanker die sinds 2003 zijn gevoerd, hun vruchten niet
echt hebben afgeworpen.

In de onderzoeksresultaten vinden we 3264 vrouwen die na een
uitstrijkje minstens één biopsie ondergingen, zonder dat daarop een
behandeling volgde (conisatie, wegname van de baarmoederhals of een
deel daarvan…). Deze groep is goed voor 18% van alle biopsieën. Deze
interventies zonder “opspoorbaar gevolg” kunnen voor een deel
verklaard worden door vals-positieve resultaten bij de screening.
Daarnaast zijn er ook artsen die opteren voor een geregelde opvolging
van de patiënt in plaats van een ingreep, omdat nogal wat
niet-cancereuze letsels na verloop van tijd spontaan verdwijnen.

Opvallend is ook dat de leden van de Onafhankelijke Ziekenfondsen
vaker naar de gynaecoloog gaan voor een opsporingsonderzoek. Dit is
deels te verklaren door het feit dat een groot aantal leden in de
grote steden woont (en in het bijzonder in Brussel), waar de drempel
naar de specialist laag is.
Verder is het geboortecijfer bij de leden van de Onafhankelijke
Ziekenfondsen hoger dan het nationale gemiddelde: waarschijnlijk ligt
dus ook het aantal vrouwen dat geregeld bij een gynaecoloog op
controle gaat proportioneel hoger.

Besluit: er is nog werk aan de winkel willen we komen tot een betere
opsporingsgraad voor baarmoederhalskanker en een uniformisering van
de gebruikte opsporingstechnieken. Ook de patiënteninformatie rond
opsporing en opvolging van baarmoederhalskanker, HPV-besmetting en
vaccinatie kan nog verbeteren.
Belangrijke boodschap is dat het vaccin het uistrijkje niét overbodig
maakt: via het uitstrijkje kunnen immers ook nog andere virussen
worden opgespoord die mogelijk baarmoederhalskanker kunnen
veroorzaken.