Broeders van Liefde tegen euthanasie

De congregatie Broeders van Liefde, die de meeste psychiatrische instellingen beheert, wil in haar voorzieningen geen euthanasie toepassen. Ze is wel bereid om de patiënt over te brengen naar een andere instelling.
Het standpunt van de Broeders van Liefde is niet nieuw, het is bij het personeel van hun instellingen bekend. Maar op de studiedag die op 27 september wordt gehouden, wil de congregatie haar adviezen over preventie van zelfdoding en over de begeleiding bij een verzoek tot euthanasie duidelijk verwoorden. Ze vindt dat ze vanuit haar christelijke visie de uitvoering van euthanasie niet kan toelaten in haar instellingen en dat ze evenmin hulp kan geven bij zelfdoding. Maar tegelijkertijd zijn de Broeders bereid om een patiënt die een euthanasievraag verwoordt, eventueel over te brengen naar een andere instelling. Dat staat in het weekblad De huisarts.

Koen Oosterlinck, de coördinator van de sector verzorgingsinstellingen van de Broeders van Liefde, vreest ervoor dat minderjarige psychiatrische patiënten of dementerende bejaarden het recht op leven wordt ontzegd. De Broeders van Liefde bezitten veertien psychiatrische ziekenhuizen. Naar schatting zestig procent van de 3.500 psychiatrische bedden in Vlaanderen wordt door hen beheerd. Oosterlinck zegt wel dat er bij zijn weten in de ziekenhuizen heel weinig vraag is naar euthanasie.

Volgens professor Wim Distelmans, specialist op het gebied van euthanasie, zijn de wettelijke regels ten aanzien van levensbeëindiging bij psychiatrische patiënten moeilijk toe te passen. De euthanasiewet geldt voor patiënten die lijden aan een ongeneeslijke aandoening, die veroorzaakt werd door een ziekte of ongeval. Alleen de wilsbeschikking van patiënten die handelingsbekwaam zijn, die met andere woorden inzicht hebben in de problematiek van hun ziekte en haar behandeling, wordt aanvaard. En dat is het probleem met psychiatrische patiënten, die meestal niet handelingsbekwaam worden beschouwd.

Toch kunnen mensen die al jarenlang aan een manische depressie lijden, op bepaalde momenten van hun leven voldoende handelingsbekwaam zijn en beslissen dat zij ondraaglijk lijden, in een medisch uitzichtloze situatie verkeren en bijgevolg willen dat bij hen euthanasie wordt toegepast. 'De aanvragen van dergelijke patiënten, die drie artsen onder wie een psychiater hebben kunnen overtuigen dat ze hun leven willen beëindigen, werden aposteriori door de commissie Euthanasie goedgekeurd', zegt Distelmans.

'Maar het probleem is dat de psychiatrische patiënten het zeer moeilijk hebben om de dokters ervan te overtuigen dat hun euthanasieaanvraag gemeend is.'

Jacinta De Roeck (SP.A), die de problematiek van psychiatrische patiënten volgt, is uitermate tevreden dat de Broeders van Liefde een standpunt hebben ingenomen. Ze vindt het belangrijk dat de congregatie erkent dat er psychiatrische patiënten zijn met een vraag om euthanasie. Maar ze is van mening dat de visie van de congregatie om zulke patiënten door te verwijzen naar andere instellingen, er uiteindelijk toe zal leiden dat de patiënt zijn vraag om euthanasie niet meer zal herhalen.

'De patiënten met zware problemen zijn gehecht aan hun instelling en kunnen die nieuwe, vreemde omgeving niet aan. Daar is de kans groot dat zij zich zullen afsluiten. Zij kennen hun begeleiders niet, waardoor de kans dat zij om euthanasie vragen klein is', zegt De Roeck. Zij is voorstander van een systeem zoals in Nederland, waar de psychiaters een 'beslissingsboom' hebben uitgewerkt, die aan de behandelende artsen methodes aanreikt die hen helpen om te beslissen of een psychiatrische patiënt mag sterven. Zij hoopt dat ook de Belgische psychiaters zullen samen zitten om zo'n kader uit te werken.

De Roeck wijst erop dat psychiatrische patiënten van wie de vraag om euthanasie niet wordt ingewilligd, kunnen overgaan tot zelfdoding. In zo'n geval laten zij de verzorgers die hen zo goed begeleid hebben, achter met een enorm schuldgevoel.
20 sep 2007 09u18
zie ook rubriek