In tegenstelling tot wat in de verschillende media te lezen staat (“witte geneesmiddelen verliezen terrein”), blijft het marktaandeel van de “goedkope geneesmiddelen” in België stijgen. In België , in tegenstelling tot andere landen, omvatten “goedkope geneesmiddelen” de generieken en de originele post-octrooi, die een prijsdaling ondergingen. Die vertegenwoordigen respectievelijk 55 % en 45 % van het totaal “goedkope geneesmiddelen” die worden voorgeschreven in België.
De quota’s inzake goedkope voorschriften die artsen worden vereist te
behalen en die variëren naargelang de uitoefening per medische
discipline (27 % voor een huisarts), werden toereikend ingevuld en
overschreden: in 2007 behoorde bijna 40 % van het totale volume van
de voorschriften tot de categorie “goedkope geneesmiddelen”.
Naast de aanzienlijke stijgingen in 2006, is het marktaandeel van de
generieken (in vergelijking met het totaal aantal voorschriften), die
de helft van de goedkope geneesmiddelen innemen, stabiel in waarde
met 9,5 % (ambulante markt, 9 eerste maanden van 2007) en stijgt die
nog in volume (19 tot 19,4 %). Van de moleculen waarvoor generieken
bestaan, blijven het volume en het marktaandeel van de generieken
toenemen (+ 1,4 %, de 9 eerste maanden van 2007).
Met oogkleppen slechts het marktaandeel van de generieken bekijken,
doet niet ter zake want de originele post-octrooi die een prijsdaling
ondergingen, dragen bijna evenveel bij tot het beleid inzake
“goedkope geneesmiddelen” en de beheersing van het budget. Ter
herinnering, het terugbetalingsbudget van de geneesmiddelen is in
evenwicht sinds 2006.
Enkel de groei van de generieken stimuleren is nagenoeg niet meer
relevant. als er besparingen nodig zijn, kunnen er slechts
niet-discrimerende maatregelen doorgevoerd worden met de creatie van
een meer dynamische markt voor alle goedkope geneesmiddelen,
generieken en originele post-octrooi, teneinde verder ruimte vrij te
maken voor innovatie, die een correcte prijs moet krijgen.
Een discrimerend beleid, enkel ten voordele van de generieken, is
niet aangewezen. De generieken hebben inderdaad als enige functie het
doen dalen van de prijs nadat het octrooi is verlopen. Daarnaast moet
de concurrentie tussen generieken en originele post-octrooi zijn gang
kunnen gaan. Ter herinnering, slechts de labo’s die originele
geneesmiddelen produceren, hebben geïnvesteerd in de
wetenschappelijke kennis van de geneesmiddelen die beschikbaar zijn
op de markt en blijven voortdurend investeren in die geneesmiddelen
en in het onderzoek en de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen, tot
20 % van hun omzet.
behalen en die variëren naargelang de uitoefening per medische
discipline (27 % voor een huisarts), werden toereikend ingevuld en
overschreden: in 2007 behoorde bijna 40 % van het totale volume van
de voorschriften tot de categorie “goedkope geneesmiddelen”.
Naast de aanzienlijke stijgingen in 2006, is het marktaandeel van de
generieken (in vergelijking met het totaal aantal voorschriften), die
de helft van de goedkope geneesmiddelen innemen, stabiel in waarde
met 9,5 % (ambulante markt, 9 eerste maanden van 2007) en stijgt die
nog in volume (19 tot 19,4 %). Van de moleculen waarvoor generieken
bestaan, blijven het volume en het marktaandeel van de generieken
toenemen (+ 1,4 %, de 9 eerste maanden van 2007).
Met oogkleppen slechts het marktaandeel van de generieken bekijken,
doet niet ter zake want de originele post-octrooi die een prijsdaling
ondergingen, dragen bijna evenveel bij tot het beleid inzake
“goedkope geneesmiddelen” en de beheersing van het budget. Ter
herinnering, het terugbetalingsbudget van de geneesmiddelen is in
evenwicht sinds 2006.
Enkel de groei van de generieken stimuleren is nagenoeg niet meer
relevant. als er besparingen nodig zijn, kunnen er slechts
niet-discrimerende maatregelen doorgevoerd worden met de creatie van
een meer dynamische markt voor alle goedkope geneesmiddelen,
generieken en originele post-octrooi, teneinde verder ruimte vrij te
maken voor innovatie, die een correcte prijs moet krijgen.
Een discrimerend beleid, enkel ten voordele van de generieken, is
niet aangewezen. De generieken hebben inderdaad als enige functie het
doen dalen van de prijs nadat het octrooi is verlopen. Daarnaast moet
de concurrentie tussen generieken en originele post-octrooi zijn gang
kunnen gaan. Ter herinnering, slechts de labo’s die originele
geneesmiddelen produceren, hebben geïnvesteerd in de
wetenschappelijke kennis van de geneesmiddelen die beschikbaar zijn
op de markt en blijven voortdurend investeren in die geneesmiddelen
en in het onderzoek en de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen, tot
20 % van hun omzet.
