Het UMCG (Universitair Medisch Centrum Groningen) start een internationaal topinstituut op het gebied van gezond ouder worden. In dit topinstituut wordt alle kennis over gezond zijn čn blijven, verkregen uit onderzoek, gebundeld. Dat kondigde bestuursvoorzitter Bert Bruggeman aan in zijn nieuwjaarstoespraak. Het topinstituut zal ongeveer 400 arbeidsplaatsen opleveren. Het UMCG verwacht het topinstituut binnen drie jaar te realiseren.
'Onze taak wordt breder. We hebben verstand van ziek čn verstand van gezond. Wij moeten ervoor zorgen dat die kennis beschikbaar is voor mensen die een rol spelen bij de gezondheid van mensen. Dat kunnen huisartsen zijn, maar ook de voedingsindustrie. Dat kan het onderwijs zijn, maar ook regionale ziekenhuizen en verzekeraars', aldus Bruggeman.
International Aging Center Groningen
In dit nieuwe topinstituut bundelt het UMCG al zijn bestaand en nieuw onderzoek naar gezond ouder worden. De kennis die hieruit voortkomt, gebruikt het om mensen beter te maken en gezond te houden. Volgens Bruggeman zal het topinstituut niet alleen gezondheidswinst opleveren, maar ook leiden tot economische spin-off in de regio. Zo zullen 400 nieuwe arbeidsplaatsen ontstaan en zal het wetenschappelijke aanzien van Noord-Nederland vergroten.
LifeLines
Grootschalige bevolkingsonderzoeken moeten volgens Bruggeman antwoord geven op de vraag hoe we gezond oud kunnen worden. De bevolking van Noord-Nederland is hiervoor bij uitstek geschikt: representatief voor Noordwest-Europa en ‘honkvast’. Hierdoor zijn de onderzoeksresultaten betrouwbaar voor geheel Noordwest-Europa en is er meer garantie voor het succesvol langdurig volgen van de deelnemers aan dit soort onderzoek.
In 2006 zijn het UMCG en de Rijksuniversiteit Groningen gestart met LifeLines, een grootschalige cohortstudie die 165.000 mensen in Noord-Nederland gedurende dertig jaar volgt om hun levensloop en gezondheidsontwikkeling in kaart te brengen. Hierbij worden allerlei medische en sociaal-culturele gegevens verzameld in biobanken. De pilot in Sneek leverde in 2007 meer dan 2.000 deelnemers op, ruim 38% van de door huisartsen benaderde mensen; dat is aanzienlijk hoger dan de 10% respons op een vergelijkbare studie in Engeland. In 2008 wordt het aantal deelnemers aan LifeLines verder uitgebreid in samenwerking met huisartsen in onder meer Drachten, Winsum-Bedum, Appelscha-Oosterwolde en Emmen.
ERIBA
Daarnaast is nader onderzoek nodig naar de biologische factoren die betrokken zijn bij veroudering, zoals cellen, genen en eiwitten. Hiervoor heeft het UMCG samen met de Rijksuniversiteit Groningen het onderzoeksinstituut ERIBA (European Research Institute on the Biology of Ageing) opgericht. Dit onderzoeksinstituut wordt geformeerd rondom tien wetenschappers van internationale naam en faam. Het onderzoek binnen ERIBA zal zich onder meer richten op fundamentele vragen als: Hoe komt het dat de celdeling gedurende een mensenleven steeds trager verloopt? Welke factoren bepalen dat cellen ontsporen? En waarom leiden genmutaties bij de één tot bepaalde ziekten en worden deze bij de ander gerepareerd?
International Aging Center Groningen
In dit nieuwe topinstituut bundelt het UMCG al zijn bestaand en nieuw onderzoek naar gezond ouder worden. De kennis die hieruit voortkomt, gebruikt het om mensen beter te maken en gezond te houden. Volgens Bruggeman zal het topinstituut niet alleen gezondheidswinst opleveren, maar ook leiden tot economische spin-off in de regio. Zo zullen 400 nieuwe arbeidsplaatsen ontstaan en zal het wetenschappelijke aanzien van Noord-Nederland vergroten.
LifeLines
Grootschalige bevolkingsonderzoeken moeten volgens Bruggeman antwoord geven op de vraag hoe we gezond oud kunnen worden. De bevolking van Noord-Nederland is hiervoor bij uitstek geschikt: representatief voor Noordwest-Europa en ‘honkvast’. Hierdoor zijn de onderzoeksresultaten betrouwbaar voor geheel Noordwest-Europa en is er meer garantie voor het succesvol langdurig volgen van de deelnemers aan dit soort onderzoek.
In 2006 zijn het UMCG en de Rijksuniversiteit Groningen gestart met LifeLines, een grootschalige cohortstudie die 165.000 mensen in Noord-Nederland gedurende dertig jaar volgt om hun levensloop en gezondheidsontwikkeling in kaart te brengen. Hierbij worden allerlei medische en sociaal-culturele gegevens verzameld in biobanken. De pilot in Sneek leverde in 2007 meer dan 2.000 deelnemers op, ruim 38% van de door huisartsen benaderde mensen; dat is aanzienlijk hoger dan de 10% respons op een vergelijkbare studie in Engeland. In 2008 wordt het aantal deelnemers aan LifeLines verder uitgebreid in samenwerking met huisartsen in onder meer Drachten, Winsum-Bedum, Appelscha-Oosterwolde en Emmen.
ERIBA
Daarnaast is nader onderzoek nodig naar de biologische factoren die betrokken zijn bij veroudering, zoals cellen, genen en eiwitten. Hiervoor heeft het UMCG samen met de Rijksuniversiteit Groningen het onderzoeksinstituut ERIBA (European Research Institute on the Biology of Ageing) opgericht. Dit onderzoeksinstituut wordt geformeerd rondom tien wetenschappers van internationale naam en faam. Het onderzoek binnen ERIBA zal zich onder meer richten op fundamentele vragen als: Hoe komt het dat de celdeling gedurende een mensenleven steeds trager verloopt? Welke factoren bepalen dat cellen ontsporen? En waarom leiden genmutaties bij de één tot bepaalde ziekten en worden deze bij de ander gerepareerd?
