Implicaties van volwassen ADHD

Zowat 30 tot 70% van de kinderen met ADHD zouden op volwassen leeftijd klinisch relevante symptomen blijven vertonen. De sociale weerslag daarvan is niet van de poes, zo blijkt uit twee belangrijke Amerikaanse studies. Een eerste onderzoek volgt al sinds 1977 patiënten die als kind ADHD hadden en als volwassene al dan niet symptomen blijven vertonen. Een tussentijdse vergelijking met personen die nooit symptomen van ADHD vertoonden, leert dat in de ADHD-groep een driemaal hogere frequentie van vechtpartijen, vernielzucht en inbraken voorkwamen. Een tweede studie vergeleek sociale parameters bij patiënten met ADHD en een controlegroep zonder ADHD. Onder de ADHD-patiënten waren driemaal meer illegale drughandelaars dan in de controlegroep. Van de ADHD-patiënten had 67% problemen met geldbeheer tegenover 15% in de algemene bevolking. Een bericht in het medische weekblad de Huisarts.
Op volwassen leeftijd heeft adhd dezelfde kernsymptomen als bij kinderen en adolescenten: aandachtstekort, hyperactiviteit en impulsiviteit. Volwassenen met adhd hebben last van emotionele labiliteit, het onvermogen om taken af te werken, buitensporige stress en een explosief temperament.

Ook de psychiatrische comorbiditeit verdient aandacht. Misbruik van substanties is bijzonder frequent en vormt een belangrijke aanmeldingsproblematiek in psychiatrische centra. ADHD-patiënten hebben vaker unipolaire en bipolaire stemmingsstoornissen. Daarnaast komen angst- en persoonlijkheidsstoornissen zoals antisociaal gedrag voor.

Eind vorig jaar publiceerde Russel Barkley, een Amerikaanse psychiater, het boek ADHD in Adults: What the Science Says. Daarin neemt hij twee belangrijke studies over de sociale weerslag van ADHD bij volwassenen onder de loep.

De Umass-studie, uitgevoerd aan de Universiteit van Massachussets, vergeleek sociale parameters bij patiënten met ADHD en een controlegroep zonder ADHD. Vastgesteld werd dat er onder de ADHD-patiënten driemaal meer illegale drughandelaars aanwezig waren dan in de controlegroep. Van de ADHD-patiënten had 67% problemen met geldbeheer tegenover 15% in de algemene bevolking.

De Milwaukee-studie is aan de gang sinds 1977. Ze volgt patiënten die als kind ADHD hadden en als volwassene al dan niet symptomen blijven vertonen. Een vergelijking wordt gemaakt met personen die nooit symptomen van ADHD vertoonden. Bij een tussentijdse analyse vonden de onderzoekers in de ADHD-groep een driemaal hogere frequentie van vechtpartijen, vernielzucht en inbraken.

Naar de prevalentie van volwassen ADHD blijft het nog even raden. Definities en diagnostische criteria zijn tot op heden het onderwerp van levendige discussies onder experts. Zowat 30 tot 70% van de kinderen met ADHD zouden op volwassen leeftijd klinisch relevante symptomen blijven vertonen.

Studies suggereren dat de sex ratio bij volwassenen 1:1 zou zijn, terwijl ADHD op jongere leeftijd verschillende malen frequenter is bij jongens dan bij meisjes. Mogelijk is dat niet te wijten aan een hoger remissiepercentage bij jongens dan bij meisjes, maar wel aan een onderschatting van het aantal meisjes dat als kind aan ADHD lijdt. Meisjes zouden namelijk vaker een aandachtstekort hebben, jongens veeleer de meer opvallende hyperactiviteitsstoornis.

Ook bij volwassenen kan ADHD worden behandeld. Van verschillende geneesmiddelen is het nut aangetoond; methylfenidaat is daarvan het best bestudeerde. Bovendien is psychotherapie bijzonder efficiënt. Zelfhulpgroepen kunnen een belangrijke rol spelen bij de behandeling: ADHD-patiënten worden geconfronteerd met een belastende problematiek en voelen zich vaak vanaf de kinderleeftijd onbegrepen. Omgang met lotgenoten brengt troost en advies.
24 jan 2008 10u35