Apothekers krijgen de voorwaardelijke steun van de farmaceutische industrie in hun strijd tegen de vrije verkoop van geneesmiddelen waarvoor geen voorschrift nodig is.
als voldoende apothekers straks een opleiding farmaceutische zorg en merchandising volgen, dan is de industrie bereid om te investeren in een campagne die klanten moet weghouden uit het Kruidvat, het grootwarenhuis of andere potentiële concurrenten.
In België worden geneesmiddelen waarvoor geen voorschrift nodig is, de zogenaamde OTC of over the counter geneesmiddelen, vooralsnog enkel via de apotheek afgeleverd. Hoewel de situatie in zowat de helft van de Europese landen anders is, bestaat er politiek weinig animo om het bestaande monopolie te doorbreken.
Toch leeft bij de apothekers de vrees dat er straks mogelijk kapers komen op de lucratieve markt die goed is voor ongeveer een kwart van de apothekersinkomsten. Daarbij wordt vooral met angst naar Europa gekeken. Vooralsnog lijkt de Europese Commissie geen zaak te willen maken van het bestaande monopolie, maar daar kan snel verandering in komen.
De situatie in België, met ongeveer één apotheek per tweeduizend inwoners, verschilt aanzienlijk van de situatie in landen waar het monopolie de voorbije jaren sneuvelde. In landen als Nederland en Denemarken (met gemiddeld één apotheek per tienduizend inwoners) werd een uitbreiding van het distributienetwerk mee gestuurd door het idee dat de toegankelijkheid tot medicatie gegarandeerd moet zijn.
De hoge concentratie aan Belgische apotheken maakt dat het argument in België vervalt, maar als straks de (Europese) lobby van grootwarenhuizen en andere ketens op gang komt en haar deel van de koek wil, willen de Belgische apothekers voorbereid zijn.
Daarom starten momenteel in het hele land uitgebreide cursussen voor apothekers om zich verder te bekwamen in de 'therapeutische zorg'. Met die therapeutische zorg willen apothekers blijvend het verschil maken met eventuele concurrentie. De extra knowhow moet patiënten uiteindelijk de stap naar de apotheek doen (blijven) zetten, in plaats van langs de drogist of het grootwarenhuis te passeren voor een doosje aspirine of een flesje hoestsiroop.
In oktober moeten de opleidingen, waarbij ook zal gewerkt worden met incognito klanten die achteraf feedback geven, achter de rug zijn. Afgaand op het onverwacht hoge aantal inschrijvingen (meer dan achthonderd) lijkt vooral bij de Vlaamse apothekers het besef dat de markt onder druk staat groot.
Voorlopig wil men in apothekerskringen weinig kwijt over de hele opzet, maar eenmaal opgeleid, in het najaar, zal de sector die knowhow wel degelijk extra in het zonnetje zetten en volgt er een grootscheepse imagocampagne. Dat wordt een variant op de 'Brood koop je bij de bakker'-campagne, die de consument de meerwaarde van een apotheker bij de aankoop van OTC-geneesmiddelen moet doen inzien.
Bij die campagne komt de farmaceutische industrie in beeld. Die is bereid een grote campagne mee te financieren, althans wanneer de extra therapeutische zorg daadwerkelijk gegarandeerd wordt en wanneer de apotheker zich ook verder bekwaamt in merchandising van de OTC-geneesmiddelen. De industrie wil apothekers leren hoe ze de hoestsiroopjes, bepaalde pijnstillers en andere geneesmiddelen waarvoor geen voorschrift nodig is op de best mogelijke wijze in de etalage plaatsen.
Begin vorig jaar, volgens de apothekers in tempore non suspecto, liet de geneesmiddelenindustrie al een enquête uitvoeren naar de toekomst van OTC-geneesmiddelen. Die enquête had volgens belangenorganisatie Pharma.be tot doel "een debat over OTC-geneesmiddelen op gang te brengen".
In België worden geneesmiddelen waarvoor geen voorschrift nodig is, de zogenaamde OTC of over the counter geneesmiddelen, vooralsnog enkel via de apotheek afgeleverd. Hoewel de situatie in zowat de helft van de Europese landen anders is, bestaat er politiek weinig animo om het bestaande monopolie te doorbreken.
Toch leeft bij de apothekers de vrees dat er straks mogelijk kapers komen op de lucratieve markt die goed is voor ongeveer een kwart van de apothekersinkomsten. Daarbij wordt vooral met angst naar Europa gekeken. Vooralsnog lijkt de Europese Commissie geen zaak te willen maken van het bestaande monopolie, maar daar kan snel verandering in komen.
De situatie in België, met ongeveer één apotheek per tweeduizend inwoners, verschilt aanzienlijk van de situatie in landen waar het monopolie de voorbije jaren sneuvelde. In landen als Nederland en Denemarken (met gemiddeld één apotheek per tienduizend inwoners) werd een uitbreiding van het distributienetwerk mee gestuurd door het idee dat de toegankelijkheid tot medicatie gegarandeerd moet zijn.
De hoge concentratie aan Belgische apotheken maakt dat het argument in België vervalt, maar als straks de (Europese) lobby van grootwarenhuizen en andere ketens op gang komt en haar deel van de koek wil, willen de Belgische apothekers voorbereid zijn.
Daarom starten momenteel in het hele land uitgebreide cursussen voor apothekers om zich verder te bekwamen in de 'therapeutische zorg'. Met die therapeutische zorg willen apothekers blijvend het verschil maken met eventuele concurrentie. De extra knowhow moet patiënten uiteindelijk de stap naar de apotheek doen (blijven) zetten, in plaats van langs de drogist of het grootwarenhuis te passeren voor een doosje aspirine of een flesje hoestsiroop.
In oktober moeten de opleidingen, waarbij ook zal gewerkt worden met incognito klanten die achteraf feedback geven, achter de rug zijn. Afgaand op het onverwacht hoge aantal inschrijvingen (meer dan achthonderd) lijkt vooral bij de Vlaamse apothekers het besef dat de markt onder druk staat groot.
Voorlopig wil men in apothekerskringen weinig kwijt over de hele opzet, maar eenmaal opgeleid, in het najaar, zal de sector die knowhow wel degelijk extra in het zonnetje zetten en volgt er een grootscheepse imagocampagne. Dat wordt een variant op de 'Brood koop je bij de bakker'-campagne, die de consument de meerwaarde van een apotheker bij de aankoop van OTC-geneesmiddelen moet doen inzien.
Bij die campagne komt de farmaceutische industrie in beeld. Die is bereid een grote campagne mee te financieren, althans wanneer de extra therapeutische zorg daadwerkelijk gegarandeerd wordt en wanneer de apotheker zich ook verder bekwaamt in merchandising van de OTC-geneesmiddelen. De industrie wil apothekers leren hoe ze de hoestsiroopjes, bepaalde pijnstillers en andere geneesmiddelen waarvoor geen voorschrift nodig is op de best mogelijke wijze in de etalage plaatsen.
Begin vorig jaar, volgens de apothekers in tempore non suspecto, liet de geneesmiddelenindustrie al een enquête uitvoeren naar de toekomst van OTC-geneesmiddelen. Die enquête had volgens belangenorganisatie Pharma.be tot doel "een debat over OTC-geneesmiddelen op gang te brengen".