Huisartsen zullen binnen volgende 7 jaar 3 uur langer moeten werken

168 huisartsen uit de Noorderkempen trekken aan de alarmbel. De situatie in de wachtdienst Turnhout/Oud-Turnhout is op korte termijn ronduit dramatisch. Binnen de zeven jaar is een derde van de huisartsen 65 of ouder. Daardoor zullen de overblijvende huisartsen elke dag drie uur langer moeten werken: tot 23 à 24 uur. Te weinig of overwerkte huisartsen brengen de hulpverlening in het gedrang.
De huisartsenvereniging Regio Turnhout (HVRT) is territoriaal een grote huisartsenkring in de Noorderkempen. De kring vertegenwoordigt 168 huisartsen. Via het mailforum van de kring werden de conventievoorstellen, samen met de bedenkingen geformuleerd door de domus medica, voorgelegd aan alle leden met de vraag deze kritisch te bekijken. Na een grondige discussie heeft uiteindelijk meer dan 72% van de huisartsen aangesloten bij de HVRT, de conventie verworpen. We wensen dan ook te benadrukken dat dit wel degelijk een duidelijk signaal is naar de overheid, ziekenfondsen en syndicaten die deze conventie onderhandeld hebben.

Alles negatief?
Geenzins: vooreerst willen we stellig onderschrijven dat er de afgelopen jaren inspanningen gedaan zijn om de huisartsgeneeskunde te herwaarderen. Zo is er de inhaalbeweging van het ereloon, honorering van het GMD, impulseofonds I (en straks (?), en enkel voor de groepspraktijken?) impulseo II, ...

Onze bekommernis
als we in deze regio de leeftijdspiramide van de huisartsen bekijken, en daarbij de uiterst kleine instroom van jonge huisartsen de voorbije vijf jaar constateren, en prospectief deze tendens even doortrekken naar de volgende jaren, dan stellen we met ontzetting vast dat het vak van huisarts hier ernstig bedreigd is. Zo is de situatie in de wachtdienst Turnhout/Oud-Turnhout zelfs op korte termijn ronduit dramatisch te noemen: binnen de volgende zeven jaar bereikt bijna éénderde van de huisartsen de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar! Een snelle berekening leert dat hierdoor dan de overblijvende huisartsen, waarvan een belangrijk deel vrouwen zijn, elke dag drie uur langer moeten werken, zodat de dagtaak er pas rond 23 à 24 u zal opzitten.
We maken ons dan ook ernstig zorgen over wat er onze patiënten zal te wachten staan. Zij zullen geconfronteerd worden met overwerkte huisartsen die een patiëntenstop invoeren of die, geestelijk opgebrand, er de brui aan geven. Patiënten zullen hierdoor dagen moeten wachten alvorens geholpen te kunnen worden. Patiënten zullen zonder huisarts vallen en hopeloos op zoek gaan naar iemand die hun dossier wil beheren: alleen in Turnhout/Oud-Turnhout dreigt dit lot voor naar schatting 18.000 mensen, voor circa 4.500 gezinnen!

Huisarts: een mooi en noodzakelijk beroep
Het beroep van huisarts is op zich zeer mooi en in onze regio is het daarenboven aangenaam werken. We komen collegiaal goed overeen, de omgang met patiënten verloopt over het algemeen vlot. We hebben bovendien een uitstekend werkende kring, met een zeer professionele secretariaatswerking en een flink aantal uiterst gemotiveerde artsen-beheerders. Daardoor slagen we er met hard werken in om allerlei praktijkondersteunende initiatieven uit te werken, zoals de oprichting van een centrale huisartsenwachtpost in Turnhout, efficiënte weekwachtdiensten, goed werkende palliatieve thuiszorgequipes, innoverende initiatieven in thuisondersteuning van chronische psychiatrische patiënten, een gewaardeerd dienstbetoon door ons degelijk secretariaat en meer. Er zijn ook zeer concrete plannen voor een centraal eerstelijns preventie- en ondersteuningscentrum. Allemaal eigen initiatieven omdat we ervan overtuigd zijn dat huisartsgeneeskunde een erg mooi en waardevol beroep is. Je zou zeggen: hier is het tof werken als huisarts. En toch behoort onze regio tot de knelpuntgebieden of huisartsarme regio’s. Hier klopt iets niet.

Wat missen we in de conventie/ondersteuning van de huisarts?


Onvoldoende kringondersteuning
Voor alle initiatieven die we als kring uitwerken en verwezenlijken moeten heel wat collega’s een zware en onbezoldigde tijdsinvestering aan de dag leggen, en alle onkosten moeten we ofwel zelf dragen ofwel moeten we voor financiële middelen gaan bedelen bij de bevoegde instanties. De HVRT heeft als kring een professioneel secretariaat, maar de kostprijs daarvan wordt volledig door de kring zelf gedragen.

Onvoldoende praktijkondersteuning
De verloning van het GMD, bedoeld als vergoeding voor tijd en moeite die gespendeerd wordt aan het dossierbeheer, is bij vele huisartsen geen aanvulling op hun inkomen maar wordt aangewend om onmisbaar wordende praktijkhulp te financieren. Bij de specialisten zit de personeelslast echter wel in de erelonen en prijzen van technische prestaties ingecalculeerd. De 1.000 euro praktijkondersteuning (die verwatert tot 874 euro vermits het GMD-forfait wordt afgeschaft), die de conventie ons nu toezegt, beschouwen we dan ook als een zeer minachtend schouderklopje. Temeer daar we in dit grensgebied zeer goed op de hoogte zijn van de werkvoorwaarden en de officiële praktijkondersteuning van onze Nederlandse collega’s.

Ondertussen starten er in onze regio al enkele jaren meer nieuwe specialisten dan nieuwe huisartsen. Een perfecte illustratie van de conclusies van het recentste rapport van het Kenniscentrum dat stelt dat de huisartsgeneeskunde zijn aantrekkingskracht verliest en er elk jaar meer studenten voor een specialisme kiezen dan strikt noodzakelijk is. (Het aanbod van artsen in België. Huidige toestand en toekomstige uitdagingen 18/01/2008 KCE reports 72A).

Meer en meer stellen we vast dat er vanuit de ziekenhuizen allerhande projecten en zogenaamde zorgtrajecten starten en transmuraal uitgewerkt worden op het eerstelijnsterrein van de huisartsen, zonder die huisartsen daarin te kennen. Gestructureerd oog hebben voor, behandelen en opvolgen van hypertensie, type II diabetes, rookstop en obesitas behoort tot de core-business van de huisarts, maar dit wordt meer en meer ondergebracht in projecten vanuit de tweede lijn.

Het kwetst ons als huisartsen dat er telkens weer geld en personeelsequivalenten worden vrijgemaakt voor ziekenhuizen, die daarmee structuren uitbouwen waarmee ze taken op zich nemen die de huisartsen essentieel zouden moeten en willen uitvoeren, maar waarvoor deze laatsten niet de financiële middelen krijgen. Het wordt aldus wel een ’zeer oneerlijke concurrentie’-situatie. Het getuigt van pure miskenning door bij herhaling geen oor te hebben voor de vraag naar een degelijke en noodzakelijke praktijkondersteuning waarmee de huisartsen zich eindelijk zouden kunnen bezighouden met hun kerntaak en waardoor alle randtaken zouden kunnen vervuld worden door een secretariaat of praktijkassistentie.
Ter illustratie. We willen een innoverend nieuw project opstarten: een preventiecentrum dat 168 huisartsen kan ondersteunen in hun preventietaak. Vroegtijdig opsporen copd, rookstopbegeleiding, cardiovasculair risicomanagement, gezonde levensstijl adviezen, chronische lage rugpijn programma’s en nog veel meer. Ondanks de eerste enthousiaste ontvangst van dit vernieuwende project op het riziv, blijkt er voor huisartsondersteunende projecten bijna geen geld beschikbaar.

Echelonnering/taakverdeling eerste – tweede lijn
Heel de gang van zaken druist radicaal in tegen onze al jaren geopperde vraag naar een, zij het niet radicale, maar toch verstandige echelonnering. Voor elke patiënt zou de huisarts de manager van zijn gezondheidszorgbeleid moeten zijn. Het verwijsformulier dat het voorbije jaar werd ingevoerd betekende voor de huisartsen enkel meer administratie maar bracht voor hen zeker niet de erkenning als spil van de gezondheidszorg.

Onderwaardering intellectuele prestaties
Onze erelonen hebben de laatste jaren wel enige inhaalbeweging gemaakt, maar structureel zijn we nog steeds zwaar onderbetaald. We krijgen als huisarts wel een maatschappelijke opdracht, maar men zet daar onvoldoende ondersteuning en vergoeding tegenover. Om ons beroep te structureren en ons leven familiaal en sociaal leefbaar te houden, moeten we zelf allerlei initiatieven nemen en alle arbeid daaromtrent pro deo na onze lange dagtaak vervullen.

We durven ook stellen dat een herwaardering van de intellectuele prestatie door veel huisartsen rechtstreeks terug zou geïnvesteerd worden in werkgelegenheid zoals al gebleken is sinds de invoering van het GMD. (En dus geenszins alleen voor persoonlijke verrijking zoals recent nog gesuggereerd bij de onderhandelingen voor de avondvergoeding, huisartsen zouden nota bene later gaan werken om meer te verdienen?!)

Daarom
De Huisartsenvereniging Regio Turnhout sluit zich aan bij de uitgebreide kritiek op de huidige conventie zoals die door domus medica en svh werden verwoord. Zij zijn onze vertegenwoordigers, zij hebben de vinger op de wonde gelegd, en wij treden hen bij in hun bemerkingen. In het conventieoverleg vinden we nog steeds geen structurele steun terug om de keuze voor het beroep als huisarts aan te moedigen. Wat heeft de overheid eigenlijk over voor de eerste lijn?

In onze regio is het al vijf over twaalf. Ondanks allerlei innoverende initiatieven van onze dynamische huisartsenvereniging slagen we er nauwelijks in dat jonge huisartsen voor een vestiging in deze regio kiezen. Ons rest nog enkel een noodkreet. Daarom neemt de HVRT als kring principieel het standpunt van de deconventie in, wat door een meerderheid van haar leden wordt opgevolgd.
Door allerlei trucs kan men er gemakkelijk in slagen de deconventiegraad in Vlaanderen te relativeren. Maar dan nog zal men er niet omheen kunnen dat er in het noorden van het land duidelijk een zwarte vlek aanwezig is, een gebied met een hoog deconventiegehalte. En dan nog kan men trachten die zwarte vlek te relativeren. Maar weet dat we in dit grensgebied de vinger aan de pols houden, door omstandigheden zijn wij de voorpost, de voorbode van wat er zich weldra ook elders in Vlaanderen zal afspelen. Waarschijnlijk ervaren andere huisartsenkringen de situatie nog niet zo scherp als wij hier in de Kempen, maar hun beurt komt binnenkort ook, niemand moet zich daarover illusies maken.

Het is aan de overheid om de juiste conclusies te trekken uit het actuele cijfermateriaal. Hiermee bedoelen we niet zozeer de jaarlijkse gemanipuleerde telling van de deconventiegraad, dan wel vooral de verontrustende demografische cijfers zoals ze zich in onze regio voordoen. Als de overheid in de toekomst op een degelijke manier aan onze noden wil tegemoetkomen, dan zullen wij de eerste zijn om op te roepen tot een reconventionering, en kan zij zeker op ons rekenen als zeer loyale partners wat betreft de transparantie van de ter beschikking gestelde middelen.
We blijven hopen op een kentering en gaan ervan uit dat ons deconventiesignaal daartoe een bijdrage zal leveren! We willen geenszins alleen aan de klaagmuur gaan staan, maar integendeel actief en met vernieuwende ideeën ongebreidelde inspanningen blijven doen om het beroep van huisarts de noodzakelijke plaats, die ze naar onze mening verdient, te geven.

Ons doel
We willen een kwalitatief hoogstaande huisartsgeneeskunde aanbieden.

We willen de complexe taken van een goede eerstelijnsgeneeskunde optimaal uitvoeren.

Gezien het steeds complexere zorgaanbod (oncologie, diabetes en chronische patiënten follow-up, medicatiebeleid) is een professionele ondersteuning van de huisartspraktijk een must.

Professionele ondersteuning niet alleen in de eigen praktijk maar ook regionaal. In de uitbouw daarvan is in de huidige conventie onvoldoende aanzet gegeven.
13 mrt 2008 09u29
zie ook rubriek