Europa, huisartsen en informatica

Gemiddeld beschikt 87% van de huisartsen uit de 27 lidstaten van de Europese Unie plus Noorwegen en Ijsland over een computer. België scoort met 86% gemiddeld. Toch is ons land een goede leerling, vooral door het hoge aantal internetaansluitingen (84%) waarmee we een top tien halen (Europees gemiddelde 69%). Opmerkelijk is dat gemiddeld 15% van de huisartsen elektronisch administratieve gegevens uitwisselt met zorgverzekeraars. Slechts 3% van de Belgische huisartsen doen dat ook met de ziekenfondsen. Een bericht over deze peiling bij 6.789 huisartsen –waaronder 318 Belgen- in opdracht van de Europese Commissie in het medische weekblad de Huisarts van morgen.
Het gros van de huisartsen vindt dat nieuwe informatica en communicatie technologieën de kwaliteit van de dienstverlening verbeteren. Huisartsen die zich (nog) niet op de e-snelweg waagden, zeggen dat dit komt omdat ze over onvoldoende know-how en technische ondersteuning beschikken. De beroepsgroep heeft zelf oplossingen in petto. In de medische opleiding wordt bijvoorbeeld best een ict-cursus voorzien. In het algemeen vragen huisartsen meer en betere informatica-opleidingen.

Een overzicht van de resultaten:
•internet-aansluiting. 69% van de Europese huisartsen beschikt hierover. België haalt met 84% een top 10-positie. Vier op vijf Belgen heeft een hoge snelheidsaansluiting op internet. Dat is goed voor een 6de plek. Het EU-gemiddelde bedraagt 48%. Slechts 2% van de Belgische huisartsen beschikt over een computer maar niet over een internetaansluiting
•Elektronisch uitwisselen van gegevens: 40% doet dat met laboratoria. 10% met andere gezondheidsactoren en 15% wisselt administratieve gegevens uit met verzekeraars. Voor België bedragen die cijfers respectievelijk 73%, 13% en amper 3% wat de e-communicatie met de ziekenfondsen betreft.
computergebruik tijdens consultatie. 66% van de huisartsen doet dat. Om het Elektronisch Medisch dossier (EMD) te raadplegen, hulp op te zoeken bij de diagnose of bij het voorschrijven van geneesmiddelen of om dingen voor de patiënt te visualiseren. Bij de Belgen loopt dat op tot 76%.
•bewaren van gegevens: 92% van de huisartsen bewaart diagnose- en behandelingsgegevens elektronisch. Vier op vijf doet dat ook met administratieve informatie en 35% zelfs met medische beelden.
•Europese gemiddelden verbergen enorme verschillen. Zo gebruikt 91% van de Deense huisartsen een computer in zijn kabinet terwijl Roemenië met… 5% aan het staartje bengelt. In het algemeen zijn de Deense huisartsen zeer ‘web-minded’: 60% gebruikt elektronische post als communicatiemiddel tussen arts en patiënt. Het Europese gemiddelde hiervoor bedraagt slechts 4%.
•Grosso modo hebben de noordelijke lidstaten een flinke voorsprong. In landen als Griekenland, Litouwen, Letland, Polen, Cyprus en Roemenië kan nog flinke vooruitgang geboekt worden. In deze lidstaten zijn de voordelen van de informatica nog niet echt doorgedrongen. Vooral de achterblijvers halen als reden daarvoor de gebrekkige opleiding en het ontbreken van ondersteuning aan. Ernstige hinderpalen voor de uitbouw van een e-gezondheidszorg zijn volgens hen ook de aankoop- en onderhoudskosten van informatica-materiaal. Toch is ook in de staartgroep het enthousiasme groot over de meerwaarde van nieuwe technologieën voor de zorgkwaliteit, dixit de Huisarts.
•In een aantal subsectoren van de gezondheidszorg kan een intensiever ict-gebruik heel wat tijdswinst en doelmatigheid opleveren, meent de Europese studie. Dat is zeer zeker het geval met het elektronische voorschrift. Gemiddeld schrijft nauwelijks 6% van de Europese huisartsen elektronisch voor. Slechts in drie landen is dit al goed ingeburgerd, namelijk in Denemarken (97%), Zweden (81%) en Nederland (71%). Ook in ons land zijn e-voorschriften nog toekomstmuziek.
telegeneeskunde. De Europese huisartsen zijn het er over eens dat dit heel wat potentieel heeft bij het beheer van chronische aandoeningen. Toch is er in de praktijk nauwelijks sprake van. België haalt met 1% het Europese gemiddelde. Zelfs in Zweden ‘bewaakt’ slechts 9% van de huisartsen patiënten van op afstand. Ook in Ijsland en Nederland (beide 3%) is het groeipotentieel op dit vlak nog enorm.
•Grensoverschrijdend uitwisselen van patiëntengegevens. Is evenmin al ingeburgerd. Slechts een zeer beperkt percentage huisartsen maakt er gebruik van. Op dit vlak zijn de Nederlanders haantje de voorste: 5% wisselt op Europese schaal patiënteninformatie uit, aldus nog de Huisarts.
22 mei 2008 10u04
zie ook rubriek