Elk jaar krijgen zo’n 300.000 mensen een recept voor een behandeling met een antidepressivum. Een kwart van deze mensen wijst de behandeling echter af. Ze gaan niet met het recept naar de apotheek, of ze halen het antidepressivum wel op in de apotheek maar beslissen alsnog om niet te beginnen, of ze starten met het gebruik maar stoppen al binnen twee weken. Dat blijkt uit onderzoek van apotheker Katja van Geffen. Zij promoveert op 29 oktober aan de Universiteit Utrecht.
Een ander opmerkelijk resultaat uit het onderzoek van Van Geffen is dat patiënten die antidepressiva kregen voorgeschreven voor niet-specifieke klachten, de behandeling bijna drie keer vaker afwezen. Van Geffen: “Deze patiënten kregen antidepressiva voor bijvoorbeeld vermoeidheid en slaapproblemen in plaats van angst, depressie of een paniek- of dwangstoornis, waarvoor antidepressiva eigenlijk zijn bedoeld.” De angst voor bijwerkingen, afkeer tegen medicijngebruik, angst voor verslaving, of omdat de patiënt zich inmiddels beter voelt, zijn redenen om een behandeling met antidepressiva af te wijzen. “Van de mensen die waren gestopt, had ruim de helft dit op eigen initiatief gedaan, zonder de arts' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>huisarts hierover te informeren.”
De rol van arts en apotheker
Ook blijken patiënten en artsen te verschillen in de perceptie van de klachten. Van Geffen: “Het is belangrijk dat artsen aan patiënten vragen hoe zij hun klachten benoemen en of zij denken dat een antidepressivum een oplossing kan bieden voor hun probleem. Het voorschrijven van antidepressiva moet een gezamenlijke beslissing van de arts en de patiënt zijn.” Patiënten vinden ook dat de informatie over antidepressiva beter afgestemd moet worden op hun persoonlijke behoeften. Veel patiënten hebben behoefte aan concrete en praktische informatie over de noodzaak van gebruik, de bijwerkingen en het vertraagd intreden van de werking van het antidepressivum. Van Geffen ziet hier een belangrijk rol weggelegd voor de apotheker.
Promotie
Katja van Geffen (Farmaceutische Wetenschappen) promoveert op 29 oktober 2008 om 16.15 uur in het Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht. Proefschrift: Initiation, execution and discontinuation of antidepressant therapy: considerations and decisions of patients.
De rol van arts en apotheker
Ook blijken patiënten en artsen te verschillen in de perceptie van de klachten. Van Geffen: “Het is belangrijk dat artsen aan patiënten vragen hoe zij hun klachten benoemen en of zij denken dat een antidepressivum een oplossing kan bieden voor hun probleem. Het voorschrijven van antidepressiva moet een gezamenlijke beslissing van de arts en de patiënt zijn.” Patiënten vinden ook dat de informatie over antidepressiva beter afgestemd moet worden op hun persoonlijke behoeften. Veel patiënten hebben behoefte aan concrete en praktische informatie over de noodzaak van gebruik, de bijwerkingen en het vertraagd intreden van de werking van het antidepressivum. Van Geffen ziet hier een belangrijk rol weggelegd voor de apotheker.
Promotie
Katja van Geffen (Farmaceutische Wetenschappen) promoveert op 29 oktober 2008 om 16.15 uur in het Academiegebouw, Domplein 29, Utrecht. Proefschrift: Initiation, execution and discontinuation of antidepressant therapy: considerations and decisions of patients.
