Makaken beschermd tegen aids door vorm van gentherapie

Onderzoekers van de Universiteit van Pennsylvania in de Verenigde Staten hebben een alternatieve manier van vaccineren ontwikkeld die makaken volledig beschermt tegen aids.
De techniek is een vorm van gentherapie. In het spierweefsel van de apen brachten ze een gen in dat codeert voor een specifiek antilichaam tegen siv, de apenvariant van hiv. Dat spierweefsel bleef vervolgens ruim een jaar het antilichaam produceren. De meeste makaken waren in die periode immuun tegen siv, en geen ervan ontwikkelde uiteindelijk aids (Nature Medicine, online editie, 17 mei 2009).

Wetenschappers proberen al jaren vergeefs een aidsvaccin te ontwikkelen. Proeven bij apen zijn soms veelbelovend, maar tests bij mensen waren vooralsnog teleurstellend. Dat komt, aldus de Amerikanen, doordat vaccins normaal gesproken het immuunsysteem stimuleren tot het produceren van antilichamen tegen de ziekteverwekker. Het menselijke immuunsysteem verschilt echter zodanig van dat van apen, dat vaccins die bij apen succesvol waren, bij mensen toch niet leidden tot voldoende productie van de juiste antilichamen.

Daarom ontwikkelden de Amerikanen in het lab een methode om het immuunsysteem te omzeilen. Zij zetten spieren aan tot productie van het antilichaam, een eiwit. Dat eiwit hadden ze eerst specifiek ontworpen om zich te hechten aan siv. Vervolgens maakten ze dna dat codeert voor dit eiwit, en dat dna implanteerden ze daarna in het genoom van een virus. virussen worden vaker ingezet als zogenaamde vector: als ze gastheercellen binnendringen, kunnen ze specifieke stukjes DNA overbrengen in het genoom van de gastheer. In dit geval bracht het virus het antilichaam-DNA over in spiercellen van de makaken.

Het feit dat de behandelde apen volledig beschermd waren tegen aids, biedt volgens de onderzoekers hoop voor een toepassing bij mensen.
25 mei 2009 09u14