Hoe performant is de Belgische gezondheidszorg?

Een eerste oefening toonde aan dat een meting van de performantie van de Belgische gezondheidszorg een haalbare kaart is, als er aan een aantal voorwaarden voldaan wordt, zoals een goede samenwerking tussen de betrokken administraties en een betere beschikbaarheid van de gezondheidsdata. Zo zijn er nog steeds geen recente nationale gegevens over de sterfteoorzaken.  Omdat het hier gaat om een pilootstudie moeten de resultaten met de nodige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd. Een volledig rapport zal tegen eind 2012 uitgewerkt worden.

We zijn gezonder
In vergelijking met 50 à 100 jaar geleden zijn we veel gezonder geworden en leven we ook langer in goede gezondheid. Dit heeft op de eerste plaats te maken met een betere voeding en hygiëne. Ook de gezondheidszorg heeft daartoe bijgedragen, maar er is zeker nog ruimte voor verbetering. Speelt de gezondheidszorg voldoende in op onze behoeften? Verwaarlozen we belangrijke aspecten of bepaalde bevolkingsgroepen? Worden de middelen op een correcte manier besteed? En hoe doen we het ten opzichte van onze buurlanden? Een evaluatie van de performantie van het Belgisch gezondheidssysteem kan op deze en andere vragen een antwoord geven. 

Een must: betrokkenheid van alle gezondheidszorgadministraties
Voor een goed werkend meetsysteem is de betrokkenheid van en de samenwerking tussen alle gezondheidszorgadministraties absoluut nodig. Uit een enquête bij de belangrijkste stakeholders blijkt dat de meerderheid positief staat tegenover het initiatief. Dit eerste rapport bewijst alvast dat een efficiënte samenwerking mogelijk is. Daarnaast moet de beschikbaarheid van goede en vooral recente gezondheidsdata (bvb. sterftecijfers, overleving van kanker, enz.) worden verbeterd en gecentraliseerd. Vooraf moeten ook concrete gezondheidsdoelstellingen worden bepaald op basis waarvan het gezondheidszorgsysteem kan worden vergeleken. Pas dan heeft een dergelijk meetsysteem echt zin als een instrument voor het (bij)sturen van het beleid.

Hoge blootstelling aan straling
De Belgische gezondheidzorg lijkt goed te scoren op gebied van toegankelijkheid, hoewel de bijdragen van de patiënt relatief hoog liggen. Het hoge aantal afgestudeerde artsen en verpleegkundigen is een positief element, maar het gebrek aan gegevens over het aantal actieve zorgverleners is een aandachtspunt. Een diepgaande analyse van de toekomstige nood aan en aanbod van zorgverleners is dringend nodig.
De veiligheid in de ziekenhuizen scoort matig tot goed, met onder andere een daling van het aantal infecties met de ziekenhuisbacterie (MRSA). Anderzijds wordt een toenemende blootstelling aan medische straling vastgesteld, vooral door een hoog gebruik van CT scans.

De preventieve zorg behaalt een matig resultaat voor kankerscreening en gezondheidspromotie. In vergelijking met andere landen worden de Belgen nog onvoldoende op bepaalde types van kanker (bvb borstkanker voor de leeftijdsgroep van 50 tot 69 jaar, of baarmoederhalskanker voor 25 tot 64 jaar) gescreend, met bovendien een groot verschil tussen de regio's.

De score voor de effectiviteit en continuïteit van de curatieve, of ‘genezende' zorg roept dan weer vragen op. Hoewel een daling merkbaar is, blijft het aantal baarmoederverwijderingen hoog. Daarnaast is er de toename van het aantal keizersneden, maar het cijfer blijft onder het internationale gemiddelde.

De studie is beschikbaar op kce.fgov.be (rubriek publicaties) onder de referentie KCE Reports vol.128A.

05 jul 2010 12u03
meer over
zie ook rubriek