Minister van Welzijn Jo Vandeurzen en Minister van Onderwijs en Kinderrechten Pascal Smet, willen de komende maanden de rechten van kinderen die verplicht of vrijwillig in een jeugdinstelling, psychiatrisch ziekenhuis of federale instelling verblijven, vrijwaren en versterken. Het decreet op de rechtspositie van de minderjarige in de integrale jeugdhulp wordt het criterium. Een aantal maatregelen moet ervoor zorgen dat overal met dezelfde lat gemeten wordt.
Binnenkort worden de resultaten verwacht van zorginspecties naar de toepassing van het decreet in private instellingen. Beide ministers zullen de aanbevelingen van die zorginspecties ter harte nemen.
“Het gebeurt dat justitie of jeugdzorg het een tijd moeten overnemen van een gezin, school, naasten. Wat de omstandigheden ook zijn, het moet telkens onze bedoeling zijn deze kinderen en jongeren zo snel mogelijk te laten terugkeren naar de plek waar ze thuis zijn. Dat kan het beste door tijdens de beperking of onderbreking van hun vrijheid, hun rechten op welbevinden, op vrije tijd, op leren… zoveel mogelijk voort te zetten,” aldus beide ministers.
- Minister Vandeurzen bevestigt dat alle toekomstige inspecties van alle instellingen in de integrale jeugdhulp vallen, zullen gebeuren op basis van het decreet. Hij zal een onafhankelijke externe controle op de gemeenschapsinstellingen plannen;
- Minister Smet zal een kader uitwerken voor kwaliteitstoezicht en kwaliteitsverbetering in het onderwijs, de controle van de leerplicht, de aansluiting op de tot dan toe afgelegde schoolloopbaan en het bevorderen van de reďntegratie in het reguliere onderwijs. Voor jongeren die niet naar school kunnen, zal het recht op leren door een schoolvervangend programma gewaarborgd worden.
“Het gebeurt dat justitie of jeugdzorg het een tijd moeten overnemen van een gezin, school, naasten. Wat de omstandigheden ook zijn, het moet telkens onze bedoeling zijn deze kinderen en jongeren zo snel mogelijk te laten terugkeren naar de plek waar ze thuis zijn. Dat kan het beste door tijdens de beperking of onderbreking van hun vrijheid, hun rechten op welbevinden, op vrije tijd, op leren… zoveel mogelijk voort te zetten,” aldus beide ministers.
