Kind'De consultatiebureaus van Kind en Gezin, waar baby's en peuters tot hun derde levensjaar medisch worden opgevolgd, worden vanaf volgend jaar omgevormd tot de 'Huizen van het Kind'. De dienstverlening wordt daarbij uitgebreid met onder meer psycho-sociale en pedagogische ondersteuning.
De preventieve gezinsondersteuning in Vlaanderen moet versterken. De toestroom van baby's en peuters wordt groter en ouders vragen naar meer dan louter ondersteuning voor de fysieke gezondheid. De capaciteit moet dus hoger en het aantal diensten uitgebreid. De plannen voor de omvorming van de sector zijn vandaag toegelicht op het kabinet van Vlaams minister van welzijn en Gezondheid jo vandeurzen.
De 'organiserende besturen', Thuishulp vzw, kind en preventie vzw, domus medica en kind en gezin, zetten de krijtlijnen uit voor een versterkte preventieve gezinsondersteuning die de uitdagingen van de 21ste eeuw moeten aankunnen.
Opvallend is dat de consultatiebureaus nauwer zullen samenwerken met de artsen' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>artsenverenigingen. Administrateur-generaal van Kind en Gezin Katrien Verhegge: "Kind en Gezin gooit de deuren open naar onder meer de huisartsen. Daarmee wordt de overgang gegarandeerd tussen preventie en curatie. Huisartsen leveren bovendien ook op vlak van preventie expertise, en niet alleen op medisch vlak maar evenzeer op psychosociaal en op gezondheidspedagogisch vlak."
De omvorming is nog niet voor vandaag, zoveel is duidelijk. De start en de concretisering van de plannen is voorzien in 2011, maar Verhegge liet verstaan dat er nog veel dialoog aan te pas zal komen. Desalniettemin zaten alle partijen eensgezind rond de tafel op de voorstelling van de plannen. Jos De Smet van artsenvereniging domus medica stelde duidelijk dat je tegenwoordig kan spreken van een gezinsarts die alle leden opvolgt "van wieg tot graf". Dat de consultatiebureaus hun werking opengooien naar meer samenwerking met en een betere erkenning van de artsen is volgens hem een stap vooruit in de integrale gezondheidszorg. En de naijver tussen het preventieve en curatieve luik van de zorg voor de jongste kinderen wordt daarmee zo goed als opgelost. "Maar koken kost geld. Aan de taakverdeling, het statuut en het evaluatiesysteem alsook, en niet in het minst, aan de verloning zal moeten gewerkt worden om de artsen mee te krijgen. De leerrijke omgeving, mogelijkheid tot netwerking en de vaste uurindeling zijn argumenten pro om als arts voor het toekomstige Huis van het Kind te werken."
Dat de artsen zodra de omvorming een feit is ook het kinddossier van het consultatiebureau zullen kunnen inkijken levert zo zijn voordelen op voor de veilige opvolging van de gezondheidstoestand van de kinderen.
Slotwoord op de persconferentie was voor jo vandeurzen. Hij prees dat dit het voorbeeld van samenwerking en ontkokering is zoals het in zijn beleidsnota bedoeld was. Daarmee gaf de Vlaamse welzijns- en gezondheidsminister een voorzet voor de eerstelijnsgezondheidsconferentie op 11 december waar op dat vlak wellicht nog meer plannen worden ontvouwd.
De 'organiserende besturen', Thuishulp vzw, kind en preventie vzw, domus medica en kind en gezin, zetten de krijtlijnen uit voor een versterkte preventieve gezinsondersteuning die de uitdagingen van de 21ste eeuw moeten aankunnen.
Opvallend is dat de consultatiebureaus nauwer zullen samenwerken met de artsen' style='color:#00896e;border-bottom:1px dotted #00896e;'>artsenverenigingen. Administrateur-generaal van Kind en Gezin Katrien Verhegge: "Kind en Gezin gooit de deuren open naar onder meer de huisartsen. Daarmee wordt de overgang gegarandeerd tussen preventie en curatie. Huisartsen leveren bovendien ook op vlak van preventie expertise, en niet alleen op medisch vlak maar evenzeer op psychosociaal en op gezondheidspedagogisch vlak."
De omvorming is nog niet voor vandaag, zoveel is duidelijk. De start en de concretisering van de plannen is voorzien in 2011, maar Verhegge liet verstaan dat er nog veel dialoog aan te pas zal komen. Desalniettemin zaten alle partijen eensgezind rond de tafel op de voorstelling van de plannen. Jos De Smet van artsenvereniging domus medica stelde duidelijk dat je tegenwoordig kan spreken van een gezinsarts die alle leden opvolgt "van wieg tot graf". Dat de consultatiebureaus hun werking opengooien naar meer samenwerking met en een betere erkenning van de artsen is volgens hem een stap vooruit in de integrale gezondheidszorg. En de naijver tussen het preventieve en curatieve luik van de zorg voor de jongste kinderen wordt daarmee zo goed als opgelost. "Maar koken kost geld. Aan de taakverdeling, het statuut en het evaluatiesysteem alsook, en niet in het minst, aan de verloning zal moeten gewerkt worden om de artsen mee te krijgen. De leerrijke omgeving, mogelijkheid tot netwerking en de vaste uurindeling zijn argumenten pro om als arts voor het toekomstige Huis van het Kind te werken."
Dat de artsen zodra de omvorming een feit is ook het kinddossier van het consultatiebureau zullen kunnen inkijken levert zo zijn voordelen op voor de veilige opvolging van de gezondheidstoestand van de kinderen.
Slotwoord op de persconferentie was voor jo vandeurzen. Hij prees dat dit het voorbeeld van samenwerking en ontkokering is zoals het in zijn beleidsnota bedoeld was. Daarmee gaf de Vlaamse welzijns- en gezondheidsminister een voorzet voor de eerstelijnsgezondheidsconferentie op 11 december waar op dat vlak wellicht nog meer plannen worden ontvouwd.
