Patiënt raadpleegt minder vaak zijn huisarts

Patiënten consulteren minder vaak hun huisarts dan tien jaar geleden. Zowel het percentage patiënten dat jaarlijks minstens eenmaal zijn huisarts raadpleegt als het gemiddeld aantal contacten per jaar neemt af. De cijfers staan morgen te lezen in het medisch weekblad de Huisarts.
De daling van het aantal contacten tussen de huisarts en zijn patiënt doet zich voor in zowel Vlaanderen, Brussel als Wallonië. Vooral in het zuiden van het land is de tendens duidelijk. In 2001 had 81,2% van de Walen jaarlijks minstens één contact met zijn huisarts, in 2008 was dat gezakt tot 76,8%. Bij de Vlamingen ligt het percentage dat jaarlijks een contact met de huisarts heeft merkelijk hoger (81,5% in 2001 en 79,8% in 2008). Zeker in vergelijking met de Brusselaar. In de hoofdstad had in 2001 71,8% van de bevolking een jaarlijks contact met de huisarts, in 2008 zakte dat verder tot 70,7%
Wie denkt dat een daling van het aantal contacten tussen patiënt en huisarts een stijging van het aantal contacten met de specialist tot gevolg heeft, komt bedrogen uit. Ook hier is in de cijfers die de minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid vrijgaf een lichte daling te zien. De cijfers bevestigen overigens wel dat de Vlaming eerder naar de huisarts gaat, terwijl de Waal en de Brusselaar sneller naar de specialist trekken.

In Vlaanderen had 47% van de bevolking in 2001 minstens één contact met een specialist. Dat percentage daalde in 2008 tot 45,7%. In Brussel lagen de percentages op respectievelijk 58 en 55%, in Wallonië was dat 54,2% in 2001 en 51% in 2008. De evolutie van het aantal contacten is minder homogeen. In Vlaanderen steeg dat lichtjes van 1,9 naar 2. In Wallonië (2,5 en 2) en Brussel (3,4 en 3) is er dan weer sprake van een daling van het aantal contacten met de specialist.

De daling van het aantal contacten met specialisten is vooral toe te schrijven aan die specialismen die zich graag op de eerste lijn positioneren (gynaecologie, pediatrie en dermatologie). Bij internisten, chirurgen, neurologen, psychiaters en oogartsen is het aantal contacten stabiel of stijgt het zelfs lichtjes. Welke specialist wordt geraadpleegd, hangt in grote mate af van het geslacht van de patiënt. mannen bezoeken vooral internisten (37% van de specialistische consultaties), chirurgen (24%) en neurologen of psychiaters.
04 feb 2011 12u02
zie ook rubriek