Vrije beroepen hebben meer stress dan andere ondernemers

Ontspannen blijkt een moeilijke opdracht voor vrije beroepen, zo blijkt uit de SERV-werkbaarheidsmonitor 2010 voor zelfstandigen die de FVIB kon inkijken: 44% van de vrije beroepen ervaart stress als zeer problematisch.
Minder dan de helft (45%) van de vrije beroepen vindt zijn beroep vandaag werkbaar. Dat is 6% minder dan bij de vorige meting in 2007 (51%). Kijken we naar de werkbaarheid bij alle zelfstandigen, dan is er een status quo (44,7% tegenover 44,8%). De negatieve evolutie laat zich dus vooral in het vrije beroep voelen en dat heeft verschillende oorzaken. Zo kampt 44% van de vrije beroepen met stress, tegenover 38% van alle zelfstandigen. Meer dan één op twee vindt de emotionele belasting van het beroep problematisch, tegenover 29% bij zelfstandigen. De helft wijst een hoge werkdruk aan als een probleem en voor vier op tien is de werk-privébalans niet in harmonie, tegenover 35% bij zelfstandigen. Volgens de Federatie voor Vrije en Intellectuele Beroepen (FVIB) heeft dit vooral te maken met de aard van het vrije beroep. Vrije beroepen hebben een hechte vertrouwensrelatie met hun patiënt/cliënt en zijn nauw betrokken bij levensgebeurtenissen (ziekte, overlijden, enz) die buiten de klassieke kantooruren vallen. Ten slotte nemen de kennisvereisten en regelgevingen alsmaar toe, wat de werkdruk en stress verhoogt.

Vrije beroepen zijn wel tevreden over hun contacten met patiënten/cliënten (69%), partners (77%) en personeel (71%) maar niet over de relatie met de overheid (slechts 23%). Vrije beroepen zijn ook relatief gelukkig over economische aspecten als inkomen (55%), de financiële toestand (54%) en financiering (60%). Wel is minder dan de helft (45%) tevreden over zijn werktijden. Meer dan één op twee is tevreden over de verantwoordelijkheid (59%), onafhankelijkheid (70%), het welbevinden (93%) en het ondernemerschap (71%) dat zijn beroep biedt. Vrije beroepen zijn ook gelukkig over hun bijscholing: amper 1% vindt dit problematisch. De verklaring kan liggen in het feit dat vrije beroepen zich verplicht moeten bijscholen en er dus een groot opleidingsaanbod bestaat. Problematisch is de sociale bescherming in het vrije beroep: slechts 12% is hierover tevreden.

De FVIB vraagt meer ondersteuning van ondernemersvaardigheden voor vrije beroepen, zowel in de basisopleiding als via bijscholing. Ze moeten vrije beroepen beter wapenen voor een autonome praktijkvoering. De FVIB dringt daarnaast aan op een betere ondersteuning van vrije beroepen die willen samenwerken. Associatievorming kan bijdragen tot een positieve werk-privébalans en een lagere werkdruk. Een grotere informatisering moet de papierverg kleiner maken en bijdragen tot betere contacten met de overheid. Voorts pleit de FVIB voor een gelijkwaardiger sociale bescherming voor vrije beroepen. Zeker voor wat het pensioen betreft is het verschil met werknemers nog steeds opmerkelijk.
14 mrt 2011 10u14
zie ook rubriek