Nieuwe methode opsporing kanker aan baarmoederhals

Nu worden vrouwen nog door middel van het onderzoeken van een uitstrijkje getest op baarmoederhalskanker. Maar het is beter om het weefsel te testen op de aanwezigheid van HPV, het virus dat baarmoederhalskanker veroorzaakt. Zo kunnen elk jaar 75 vrouwen extra met baarmoederhalskanker worden opgespoord en worden 18 sterfgevallen voorkomen
De Gezondheidsraad biedt het advies morgen aan minister Schippers van Volksgezondheid aan, dat schrijft de Volkskrant.

als het weefsel inderdaad positief op hpv wordt getest, wordt het alsnog microscopisch onderzocht. 'Door te testen op de veroorzaker van de kanker kunnen we beter selecteren, en vervolgens extra letten op de eventuele aanwezigheid van afwijkende cellen', legt Gemma Kenter, gynaecologisch oncoloog en lid van de adviescommissie van de Gezondheidsraad, uit. 'Zo zullen we jaarlijks 75 vrouwen extra met baarmoederhalskanker opsporen en 18 sterfgevallen vermijden.'

Vroeger beginnen
hpv is een seksueel overdraagbaar virus. Boven de 40 jaar is de kans op nieuwe besmetting gering. Omdat het ruim 10 jaar duurt voor zo'n besmetting uitmondt in kanker, hoeven vrouwen ouder dan 40, als ze niet zijn besmet met HPV, zich nog maar elke 10 jaar te laten testen. Wel zal de HPV-screening al bij 25-jarigen beginnen, in plaats van bij 30 jaar.

Doe-het-zelfkit
De raad stelt voor vrouwen die zich ook na herhaalde uitnodiging niet voor een test melden een doe-het-zelfkit te sturen. Zij kunnen daarmee bij zichzelf slijmvlies afnemen en dat opsturen. Zo hoopt de Gezondheidsraad de deelname, nu 60 procent, te verhogen.