LETTERLIJK. Wat zegt de euthanasiewet?

Euthanasie is het opzettelijk levensbeëindigend handelen door een andere dan de betrokkene, op diens verzoek. De wet geldt enkel voor bewuste en handelingsbekwame meerderjarigen, niet voor dementerenden. Niemand kan worden gedwongen euthanasie toe te passen of eraan mee te werken.
Het verzoek gaat uit van de patiënt. Een wilsverklaring geldt als de patiënt zijn wil niet meer kan uiten. De verklaring mag niet ouder zijn dan vijf jaar.

De arts moet er zeker van zijn dat de patiënt lijdt aan een ernstige en ongeneeslijke aandoening, dat hij niet meer bij bewustzijn is en dat die situatie onomkeerbaar is.

Een tweede arts, gespecialiseerd in de ziekte waaraan de patiënt lijdt, moet worden geraadpleegd.

Er is geen misdrijf als de arts heeft nagegaan dat: de patiënt meerderjarig, handelingsbekwaam en bewust is op het ogenblik van zijn verzoek; het verzoek vrijwillig, overwogen en herhaald is, los van enige druk van buitenaf; de patiënt zich in een medisch uitzichtloze situatie bevindt van aanhoudend en ondraaglijk fysiek of psychisch lijden.

De patiënt moet ingelicht worden over zijn gezondheidstoestand, levensverwachting en mogelijke behandeling of palliatieve verzorging. De arts moet zich vergewissen van het lijden en van de duurzaamheid van het verzoek en een andere, onafhankelijke arts raadplegen.

Niet-terminale patiënten moeten hun verzoek schriftelijk doen. Een tweede arts moet geraadpleegd worden. Er moet ten minste een maand zitten tussen het verzoek en de euthanasie.

De Federale controle- en Evaluatiecommissie controleert en beslist of ze een dossier aan het parket doorspeelt.
20 jan 2005
meer over
zie ook rubriek