Eén arts op twaalf heeft behoefte aan bijstand voor eigen psychische klachten

Eén arts-specialist op vier vond het de afgelopen drie maand omwille van mentale en fysieke druk moeilijk om goed om te gaan met de werkbelasting. Geen wonder dus dat 8,3% van de artsen, 1 op 12, behoefte heeft aan coaching, counseling of een behandeling voor de eigen eventuele psychische klachten. Dat schrijft het 14-daagse vakblad de Specialisten in haar editie van dinsdag.
Voor 14 dagen brachten we een eerste reeks resultaten uit de enquête middelenverslaving georganiseerd door het medische vakblad de Specialisten/les Spécialistes. Ter herinnering: niet minder dan 1.501 artsen-specialisten stuurden de vragenlijst die bij de editie van 3 mei zat netjes ingevuld terug. On-line antwoorden kon ook. 1.501 artsen is circa 5 à 6% van het aantal actieve specialisten in ons land.

Rookgedrag
Op het volledige staal van 1.501 artsen zeggen 1.387 dokters (92,4%) helemaal niet te roken. Wie dat wel doet, houdt het binnen de perken: minder dan tien sigaretten of ander rookgerief per dag (4,9%). Zware rokers, 20 of meer sigaretten per dag, zijn er nauwelijks. In onze enquête gaat het over negen dokters (0,6%). De vragen in verband met tabaksverslaving geven aan dat 98,9% totaal niet afhankelijk is, 0,9% is lichtjes afhankelijk en 0,2% (drie artsen) sterk afhankelijk.Artsen roken nauwelijks nog. Zelfs de rari nantes die het wel doen, beperken zich tot een sporadisch paffertje

Artsen vervullen met brio hun voorbeeldfunctie naar de bevolking toe. De resultaten zijn heel wat beter dan bij de algemene bevolking. Nog steeds immers rookt een kwart van de Belgen, volgens de gezondheidsenquête uit 2008. Daarvan doet 21% dat dagelijks en 4% occasioneel. Van onze landgenoten is 7% een zware roker. De gezondheidsenquête wijst uit dat vooral mensen met een laag opleidingsniveau tabak gebruiken –en dat geldt zowel voor dagelijkse als voor zware rokers. De enquêteresultaten stemmen hiermee naadloos overeen.

Zorgbehoefte en werkbelasting
De enquête omvatte ook een rits vragen over zorgbehoefte en werkbelasting (*). Men neemt immers aan dat stress en werkdruk middelenafhankelijkheid in de hand werken. De toch wel opmerkelijke resultaten in een notendop:
  • Voor een vierde van de artsen brengt hun mentale of fysieke ingesteldheid hun professioneel functioneren in het gedrang. Bij het gros blijft dit beperkt tot één keer per maand. Een kleine 10% heeft het verschillende malen per maand tot zelfs een paar keer per week lastig omwille van de mentale druk. Hetzelfde verschijnsel doet zich voor, zij het minder uitgesproken, als gevolg van de fysieke belasting.
  • Niet minder dan 8,3% van de artsen, 1 op 12, behoefte heeft aan coaching, counseling of een behandeling voor de eigen eventuele psychische klachten. Bij vrouwelijke specialisten loopt dat zelfs op tot 1 op 10 (10,6%). 46,0% heeft geen behoefte aan coaching wegens geen psychische klachten. Terwijl meer dan twee op vijf (44,5%) gewoon ‘neen’ antwoordt en in het midden laat of men al dan niet psychische klachten heeft.
  • Eén op drie artsen heeft contacten binnen het ziekenhuis te beschikken waar men indien nodig te rade kan gaan voor medische hulp in geval van psychische problemen.
  • De meesten lijken zich hiervoor toch beter op hun gemak te voelen buiten het ziekenhuis. Bijna drie op vijf artsen (57,3%) zegt immers in geval van problemen over een extramurale vertrouwenspersoon te beschikken, iemand van buiten het ziekenhuis dus.
  • Toch lijkt het met de stress nog zo’n vaart niet te lopen. We vroegen de artsen ook het volgende. Als u in de beste periode van uw leven tien punten zou toekennen aan uw werkvermogen als medische specialist of specialist in opleiding hoeveel punten zou u dan geven aan uw werkvermogen op dit moment? Welnu, de meeste artsen zijn in topvorm, zo blijkt. 10 op 10 scoorde 19,2%, 9 op 10 zei 31,8% en 8 op 10 30,0%. 81% van de artsen-specialisten haalt dus grote onderscheiding qua werkvermogen. Onderscheiding (7 op 10) is nog weggelegd voor 10,7%. Slechts een minderheid (6,5%) evalueerde zichzelf minder werklustig.

(*) In dit staal van 1.500 specialisten gaf drie vierde aan in een ziekenhuis te werken. Een vierde daarvan combineert dit met een privé-praktijk.
12 jul 2011 09u59